1714. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders 6 februari 1975 (bijlage no. 45); gelet op art. 212 van de Gemeentewet BESLUIT te bepalen, dat burgemeester en wethouders de in artikel 172 van de gemeentewet genoemde macht van de raad tot het verhuren van gemeente-eigendommen uitoefenen, voorzover het betreft het verhuren van opstallen of gedeelten van opstallen, die onder gebracht zijn bij de Algemene Dienst voorzover het beheer niet aan andere rechtspersonen of organen is opgedragen; te bepalen, dat de onder I overgedragen macht moet worden uitge oefend. met inachtneming van de regel, dat alle door burgemeester en wethouders ter uitvoering van de onder I bedoelde bevoegdheid genomen verhuurbesluiten eenmaal per kalenderkwartaal aan de raad dienen te worden medegedeeld. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Nieuwbouw brandweerkazerne aan de Aldl£nsdyk. Bijlage no.44, Leeuwarden, 6 februari 175- Aan de Gemeenteraad. Op 22 februari 1971 heeft de Raad kredieten van 9*625.000,en 7.515.000,beschikbaar gesteld voor het bouwen van respectievelijk een onderkomen voor de Dienst voor Reiniging aan de Greunsweg en een brandweer kazerne op een terrein tussen de AldlSnsdyk en de Kurkemeerstraat. Beide werken zijn destijds aangemeld bij het Rijk voor subsidiëring in het kader van de aanvullende werkgelegenheid, waarbij aan de bouw van de brandweerkazerne een hogere prioriteit is toegekend dan aan het onderkomen voor de reinigingsdienst. Thans is het zo ver, dat in het kader van de door de Regering geno men maatregelen ter bestrijding van de werkloosheid subsidie in het voor uitzicht is gesteld voor de uitvoering van de eerste fase van de bouw van de brandweerkazerne. Eet subsidie bedrs.agt 95/j van de werkelijke kosten, voorzover deze kosten volgens de daarvoor geldende rijksnormen subsidiabel worden gesteld. Welke kosten wel en welke niet voor subsidie in aanmerking komen is ons niet exact bekend, doch in het algemeen geldt, dat kosten van inrichting van de gebouwen en nog enkele andere kosten niet of niet ten volle subsidiabel zijn. Van de grondkosten is een klein deel subsidiabel (ruwegrondkosten)"Voorlopig gaan wij van die gegevens uit. Zoals U uit het vorenstaande reeds zult hebben afgeleid is het tota le bouwplan voor de brandweerkazerne op verzoek van het Rijk in het kader van de subsidiëring gesplitst in fasen. De eerste fase omvat de oouw van de garage, de seinzaal PTT-ruimte, de ruimte voor de centrale verwarming, de werkplaats, de rijwielstalling, de traforuimte voor de energievoorziening, de bouw van de zgn. slaapvleugelde kantoren en de kantine, terwijl in de tweede en laatste fase de slangenwasplaats, de magazijnen, de droogtoren, de instructieruimten en de was- en kleedruimten zullen worden gebouwa. Terzake mogen wij U verwijzen naar de bij de stukken ter inzage gelegde uitgewerkte tekeningen met bijbehorend bestek. Tengevolge van de sedert 1971 opgetreden prijsstijgingen moeten de kosten van de bouw van de brandweerkazerne thans op basis van het huidige prijspeil als volgt worden geraamd: eerste fase f 6.929.200, tweede en laatste fase 1.758*000, 8.687.200,— Voor een nadere specificatie van deze bedragen verwijzen wij U naar de ter inzage gelegde stukken. Het indertijd verleende krediet ad 7*515.000,dient derhalve te worden verhoogd met 1.572.200, In verband met de subsidietoezegging voor de eerste fase kunnen thans de lasten worden geraamd voortvloeiende uit de uitvoering van die fase. De totale kosten van de eerste fase bedragen 6.929.200, Blijkens de ter inzage gelegde berekening wordt op een subsidie gerekend van 4*801.700, zodat ten laste van de Gemeente blijft 2.I27.5OO,—

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1975 | | pagina 113