JKS 1
Wijzigen van de Drank- en Horecaverordening.
Bijlage no, 95. Leeuwarden, 10 april 1975.
Aon de Gemeenteraad.
Het d inwerkingtreding van dc Drank- en Horecawet is het z.g, marimum-
stelsel, dat de .Drankwet 1931 kendeverlaten. ...et stelsel van de huidige
wet is zodanig, dat oen iedor, die aan da in de wet en de ter uitvoering
daaryan gegeven voorschriften voldoet, op zijn versoek een vergunning moet
v/orden verleend.
Artikel 1G van de wot biedt de Gemeenteraad d: mogelijkheid aan de
in do wet gegeven vrijheid enige beperking te stellen. Dit artikel luidt
als volgt?
"1Bij gemeentelijke verordening kan worden verboden in inrichtingen
- of in inrichtingen van een bij de verordening aangewezen' aard -
in de gemeente of in bij de verordening aangewezen delen daarvans
a. anders dan om niet alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse
te verstrekken;
b. anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrek
ken;
c. bedrijfsmatig sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse te
verstrekken.
2. Bij zodanige verordening kan worden bepaald, dat het verbod slechts
geldt voor oen bij of krachtens die verordening aangewezen tijdsruimte.
3. Alvorens tot vaststelling, wijziging of intrekking van zodanige veror
dening wordt overgegaan, worden de Provinciale ka-ad voor de Volksge
zondheid en de Kamer van Koophandel en Fabrieken gehoord.
4. Ten aanzien van zodanige verordening zijn do artikelen 199» 203, 205
en 206 van de gemeentewet van toepassing. Zodanige verordening wordt
niet afgekondigd, alvorens haar goedkeuring onherroepelijk is geworden."
De wetgever heeft met dit artikel geenszins de bedoeling gehad de
Gemeenteraad de mogelijkheid to bieden hot bij de Drank- cn Horecawet afge
schafte maximumstelsel feitelijk weer in te voeren. Het artikel zal dan ook
bijzonder restrictief dienen te worden toegepast. De wetgever heeft deze
zorgvuldige toepassing willen waarborgen door een "zware" procedure voor
te schrijven voor de totstandkoming van een verordening als.in artikel 18'
van de wet bedoeld. Dezo procedure houdt in, dat - alvorens de Gemeente
raad eeri dergelijke regeling vaststelt - de Provinciale Raad voor de Volks
gezondheid en de Kamer van Koophandel en Fabrieken dient te worden gehoord.
Ingevolge artikel 45 van de wet behoeft de verordening de goedkeuring van
Gedeputeerde Staten, die - alvorens die goedkeuring te verlenen - de betrok
ken bedrijfslichamen en de Inspecteur voor de Drankwetgeving moeten horen.
Tegen het verlenen van goedkeuring door Gedeputeerde Staten kan vervolgens
beroep worden ingesteld bij de Kroon door de gemeenteraad, de inspecteur
on de betrokken bedrijfslichamen.
Blijkens het aangehaalde artikel 18 van de wet kan de verordening gelden
- voor alle inrichtingen dan wol voor aangawezen inrichtingen van een be
paalde aard;
- voor de gehele gemeente of aangewezen delen er van.
Bij de vaststelling van de Drank- en Horecaverordening voor deze ge
meente (raadsbesluit van 9 januari 1S6C) is aan artikel 18 van de wet"
sleóhts toepassing gegeven voor wat betreft het instellen van een verbod
voor inrichtingen van ean bepaalde aard (cafetaria's, buurt- en jeugdcentra,
e.d.) tot het verstrekken van sterke drank anders dan om niet voor gebruik
ter plaatse dan wel bedrijfsmatig voor gebruik elders dan ter plaatse
(artikel 3.1 van de huidige verordening). Sedertdien is het aantal horeca-