-2-
Gelet op het bovenstaande en onder mededeling, dat de op dit onderwerp be
trekking hebbende stukken op de gebruikelijke wijze voor U ter inzage zijn
gelegd, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het hierbij gaande
ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
o.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong f Secretaris.
Ho. 7630.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 12 juni 1975
(bijlage no. 163)5
BESLUIT;
I. in te trekken de thans vigerende regelingen tot het verlenen van sub
sidies aan muziek-, zang- en toneelverenigingen?
II. vast te stellen de navolgende verordening tot het verlenen van subsidies
aan organisaties op het gebied van de amateuristische kunstbeoefening.
Artikel 1
1. De in: de gemeente Leeuwarden gevestigde organisaties voor de amateuris
tische beoefening van instrumentale muziek, zang, oratoriumzang, opera,
operette, musical, toneel, beeldende expressie en volksdansen, hierna
te noemen "organisaties", kunnen gemeentelijk subsidie ontvangen met
inachtneming van de bepalingen van deze verordening.
2. Zangkoren, die uitsluitend als kerkkoren fungeren, komen niet voor sub
sidie in aanmerking.
Artikel 2.
Voor het verkrijgen van subsidie dienen de organisaties te voldoen aan de
volgende voorwaarden;
a. zij moeten lid zijn van een landelijke organisatie op hun terrein en,
voorzover bestaande, van een plaatselijke overkoepelende organisatie?
b. zij moeten hun werk verrichten onder leiding van een naar het oordeel
van Burgemeester en Wethouders bevoegde kracht, zulks met inbegrip van
uitvoeringen, demonstraties en exposities?
c. zij dienen te bevorderen, dat hun leden naar mogelijkheid deelnemen aan
vormingsaktiviteiten, zoals kursussen, lezingen, werkgroepen enz.;
d. de organisaties voor zang en oratoriumzang moeten voor elke uitvoering,
waarvoor gemeentelijk subsidie wordt aangevraagd, tevens een subsidie
verzoek vergezeld van een staat van baten en lasten indienen bij de Fe
deratie van Zangersbonden, waarbij hun bond is aangesloten, teneinde in
aanmerking te kunnen komen voor Rijkssubsidie;
e. zij moeten rechtspersoonlijkheid bezitten.
Artikel 3.
1. Vóór 1 maart van het jaar, voorafgaande aan het jaar waarvoor subsidie
wordt gevraagd, dienen de organisaties, die voor subsidie in aanmerking
wensen te komen, bij de Burgemeester en Wethouders in;
a. een daartoe strekkende aanvraag, voorzien van een overzicht van de
contributieregeling;
b. een begroting met toelichting voor het kalenderjaar, waarvoor subsidie
wordt gevraagd?
c. een exploitatierekening met enkele noodzakelijke balansgegevens over
het afgelopen jaar met toelichting?
