Overname Synagoge aan Sacramentstraat door Gemeente
Bijlage no. 215
Leeuwarden, 14 augustus 1975-
Aan de Gemeenteraad.
Reeds geruime tijd bestaat er tussen de Joodse Gemeente Leeuwarden en
ons contact over de mogelijke restauratie van de Synagoge aan de Sacra-
mentstraat. Begin dit jaar kreeg de Joodse Gemeente officieus bericht,
dat restauratie van het gebouw mogelijk zou zijn in het kader van de
verruiming van de werkgelegenheid. Hierover is met ons uitgebreid over
leg gepleegd. Dit overleg heeft er toe geleid, dat wij ons bereid hebben-
verklaard te bevorderen, dat de restauratie van het gebouw en het vinden
van een passende bestemming door de burgerlijke gemeente geschiedt, mits
het gebouw voor een symbolische prijs van 1,aan de gemeente wordt
overgedragen. De Joodse Gemeente hoeft zich hiertoe bij brief van 11 juni
j.l. bereid verklaard. Die brief ligt voor U bij de stukken ter inzage.
In de brief wordt tevens voorgesteld de neer Ir. A. Bonnema in te
schakelen voor het ontwerpen van het restauratieplan. De heer Bonnema is
geruime tijd geleden reeds door do Joodse Gemeente als architect aan
getrokken voor het werk, welke architectenkeuze door de rijksdienst
voor de monumentenzorg is goedgekeurd. Wij kunnen ons met dit voorstel
van de Joodse Gemeente verenigen.
Hoewel wij over een mogelijke bestemming van het gebouw nog geen
standpunt hebben kunnen bepalen, gaan onze gedachten in de richting
van een bestemming in het kader van het Zalen Schaaf-complex.
In de onderhandelingen met de Joodse Gemeente hebben wij gestold, dat
handhaving in het gebouw van de zgn. "Kleine Sjoel" c.a.i.v.m. de
bestemming die ons voor het gebouw voor ogen staat, niet mogelijk is.
De Joodse Gemeente houdt daarom rekening met verplaatsing van haar kerk
ruimte en het daarbij behorende leslokaal. Hoewel wij uiteraard te dien
aanzien geen verplichtingen op ons kunnen nemen, ligt het voor de hand,
dat v/ij de Joodse Gemeente bij het zoeken naar passende vervangende ruimte,
nede gelet op het hiervoor nodige overleg met de rijksdienst voor de mo
numentenzorg, zo veel mogelijk behulpzaam zullen zijn.
Inmiddels hebben' wij de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappe
lijk Werk benaderd over een mogelijke overname door de gemeente van de
^ubsidie-faciliteiten die aan de Joodse Gemeente in uitzicht zijn gesteld.
Rij hebben de Minister tevens gevraagd uitstel te verlenen van de datum,
v/aarop het werk had moeten aanvangen. Officieus hebben wij vernomen, dat
dit uitstel waarschijnlijk tot 1 oktober 1975 zal worden toegestaan.
Resumerende geven wij in overweging te besluiten overeenkomstig
het hierna afgedrukte ontwerp-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.So Brandsma Burgemeester.
Reumer
Secretaris,
loco
a. V - iU I «'r JBESifiE