7 T) C* VlODT» IT i n i-fvm "U /-v /-v -C 4- 41 - - 1 r_. j. j ouaaii dl u.t: jj X' (J U X G XL -DUOÏT^ Voorzover hier belangen van de ijsclub, die rechtens geldend zijn te maken, zijn geschaad moet het bestuur van de ijsclub door middel van een civiele procedure hiervoor de vorige eigenaar van het terrein aanspreken, ad. 2. Het betreft het slootgedeelte tussen de ijsbaan en de percelen Buorr 45 en 47» De heer Kingma heeft deze sloot gedicht en daarin ten behoeve van afwaterende percelen riolering aangebracht. Aangezien voor deze activiteiten geen aanlegvergunning nodig is - het bestemmingsplan voor het Buitengebied nog geen rechtskracht - is dit ook een civiele aangelegenheid tussen de te- treffende eigenaren. De demping van dit slootgedeelte is uit een oogpunt van milieuhygiëne een aanmerkelijke verbetering. De sloot werd door de dorpsbevo ners beschouwd als een open riool en op demping daarvan werd door het bestir.. van de vereniging Dorpsbelang Wytgaard reeds lang aangedrongen. ad.5. Blijkens nadere inlichtingen van de heer Walta was een deel van de or; havige grond door de vorige eigenaar in bruikleen afgestaan aan mevr. B. War (zuster van de heer Walta). Hierover is reeds een civiele procedure gevoerd, welke de heer Walta heeft verloren. Ook in deze aangelegenheid is de gemeer.: geen partij .ad4Hiermede wordt door de heer Walta bedoeld, dat de heer Kingma van pk is (was) de hiervoorgenoemde uitrit te verharden. Yan dit voornemen is tot n toe echter niets gebleken. ad. 5Op het onder 1 bedoelde stuk grond is geen keet gebouwd. Wel is enige ren geleden op het onmiddellijk ten noorden daarvan gelegen perceel grond eer houten bouwwerk opgericht waarvoor door ons vergunning is verleend. ad. 6Wij zijn met reclamanten van mening dat gebruik van bedoelde uitrit v: de door de heer Kingma beoogde doeleinden uit een oogpunt van verkeersveilig; ongewenst is. Aangezien het hier echter een uitrit op een rijksweg binnen de bebouwde kom betreft, behoort de beslissing omtrent de hiervoor vereiste uit rit ver gunning tot de competentie van Rijkswaterstaat. Hoewel vooraf hierover geen advies aan de gemeente wordt gevraagd, zullen wij niettemin ons standje in dezen aan Rijkswaterstaat kenbaar maken. ad7Het voornemen van de heer Kingma om tot bebouwing van het terrein over te gaan achten wij minder gelukkig. Wij zijn dan ook niet bereid hieraan or.:; medewerking te verlenen. In de komende herziening van het bestemmingsplan Wytgaard zal het onderhavige terrein de bestemming krijgen van terrein behore de bij bedrijven waarop geen bebouwing is toegestaan. Hiermede wordt aan het bezwaar van de belemmering van het uitzicht voor een belangrijk deel tegemoet gekomen. De vrees dat het voorgestelde gebruik van het terrein zal leiden tot aantasting van de welstand delen wij niet. Mocht dit niettemin in de toekomst toch het geval zijn, dan zullen vrij niet aarzelen om van de ons in de artiket 298 en 3^9 der bouwverordening gegeven bevoegdheden gebruik te. maken en de heer Kingma aanschrijven, dat het terrein zich in voldoende staat van onderhe. dient te bevinden en zodanig dient te worden gebruikt dat het aanzien van dc omgeving niet wordt geschaad. Resumerende stellen vrij TJ voor belanghebbenden in casu de heren Kingma e: Walta c.s. te berichten conform de inhoud van dit preadvies. Tenslotte delen wij U nog mede dat de Commissie voor de Ruimtelijke Or dening omtrent het vorenstaande zal vrorden gehoord. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. Reumer loco-Secretar Verzoek om financiële medewerking van het Rijk t.b.v. het vervangen van 58 woonkamerkozijnen van het complex 768 woningen in Heechterp en het plegen van buitengewoon onderhoud aan de woningen van het complex 270 woningen Juliana- laan. Bijlage no. 238 Leeuwarden, 4 september 1975. Aan de Gemeenteraad. Bij circulaire van 20 december 1974 no. MG 74-40 heeft de Staatssecreta ris van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een regeling inzake finan ciële steun uit s Rijks kas voor de verbetering van na-oorlogse woningen van de gemeente en woningcorporaties in het leven geroepen. De regeling kent de volgende financiële mogelijkheden; a. een lening uit 's Rijks kas? b. een rijksbijdrage, indien de kapitaalslasten niet kunnen worden gedekt uit eigen reserves dan wel uit huurverhogingen wegens verhoging van het woongenot Nadat hierover het advies van de Commissie voor het Woningbedrijf was inge wonnen, hebben wij voor de complexen 768 woningen in.Heechterp en 270 woningen Julianalaan financiële medewerking op grond van deze nieuwe regeling gevraagd. De verbeteringsplannen betreffen; complex Heechterp Vervangen 58 woonkamerraamkozijnen. De kosten worden begroot op 145»976, complex Julianalaan. Aanbrengen stalen balconhekken, afwerken van de balconranden, vernieuwen as best dakafvoeren, aanbrengen ontluchtingen in de portieken, opheffen lekkages van de woonkamerramen. De totale kosten hiervan zijn berekend op 490.000, Voor beide gevallen is inmiddels financiële medewerking toegezegd in de vorm van een rijkslening. Omdat de Staatssecretaris van mening is, dat de kapitaalslasten van deze in vesteringen kunnen worden bestreden uit de bij het Gemeentelijk Woningbedrijf aanwezige reserves, is geen subsidie toegezegd. Gelet op het feit dat de ver- beteringskosten mogen worden afgeschreven in resp. 35 en 34 jaar en het daar bij, althans per woning gezien, om relatief kleine bedragen gaat, kunnen wij ons met dit standpunt verenigen. Teneinde de beschikking te kunnen krijgen over de nodige leningen, stellen wij U voor, conform bijgaand concept-besluit, bij de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening de nodige middelen aan te vragen en te aanvaarden. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. de Jong Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1975 | | pagina 388