Toetreden tot de gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijk Centrum
van de onderwijsbegeleidingsdiensten in Friesland»
Bijlage nr. 64. Leeuwarden, 27 februari 1975
Aan de Gemeenteraad.
De totstandkoming van de ontwerp-gemeenschappelijke regeling.
Sinds 1970 is in de provincie Friesland voorbereidend werk verricht om
te komen tot een voor de gehele provincie werkzame organisatie op het ge
bied van de onderwijsbegeleiding.
De bij de onderwijsbegeleiding in Friesland betrokken organisaties zijn
het er over eens geworden, dat een gemeenschappelijke regeling- - aan.be gaan
door de gemeenten en de organisaties van besturen van bijzondere scholen
voor kleuter-, basis- en buitengewoon onderwijs - de, voor dit doel, beste
rechtsvorm zou zijn.
Nadat overeenstemming was bereikt over de inhoud kwam in oktober 1973
de ontwerp-geraeenschappelijke regeling tot stand. Tegelijkertijd werd een
voorlopig bestuur samengesteld in overeenstemming met de in artikel 5 van
de ontwerp-geraeenschappelijke regeling aangegeven samenstelling.
Bij dit bestuur berust het algemeen beheer van het gemeenschappenjk-
centrum in oprichting.
Teneinde tot eon definitieve opzet te komen van het onderwijsbegelei-
dingswerk in Friesland, zoals is aangegeven in de ontwerp-gemeenschappelijke
regeling, heeft het voorlopig bestuur in september 1974 een brief doen uit
gaan naar de gemeenteraden en de organisaties van besturen van bijzondere
scholen voor kleuter-, basis- en buitengewoon lager onderwijs in Friesland
met het verzoek deze ontwerpregeling goed te keuren.
Voor het tot stand komen van een doelmatig opgebouwde en voldoende ge
financierde onderwijsbegeleiding is het mede in verband met de in het voor
uitzicht gestelde Rijkssubsidie noodzakelijk, dat de Friese gemeenten tot
deze regeling toetreden en daarmee de financiering van het werk meehelpen
verzekeren.
De essentie van de regeling.
De essentie van de ontwerp-gemeenschappelijke regeling is om te konen
tot een totaal opzet voor onderwijsbegeleiding in Friesland. Aan het ge
meenschappelijk centrum in oprichting is de taak toegedacht om het ondcr-
wijsbegeleidingswerk te organiseren en te bevorderen op de wijze zoals in
artikel 3 van do ontwerp-regeling wordt aangegeven.
De eerste taak zal zijn de coördinatie van de op- en uitbouw van zoveel
regionale diensten als wenselijk en mogelijk is. De belangrijke plaats,
v/elke aan de regionale diensten is toegedeeld, blijkt uit het feit, dat het
gehele hoofdstuk II van de ontwerp-regeling hieraan gewijd is.
Deze regionale diensten zullen in het kader van de hierboven bedoelde
gemeenschappelijke regeling tot stand kunnen komen middels het aangaan van
een gemeenschappelijke re.geling door de gemeenten van nog in dit verband
in te delen regio's, waarbij in overeenstemming met artikel 44 van de ont
werp-regeling overleg moet plaats vinden met het bestuur van het gemeen
schappelijk centrum.
In hoofdstule III is de overgang geregeld van de huidige situatie naar
de toekomstige. Tot een nader door het bestuur van het gemeenschappelijk
centrum vast te stellen tijdstip zal niet alleen de coördinatie maar ook de
uitvoering van het onderwijsbegeleidingswerk in de provincie Friesland van