- 2 -
de Federatie voor ICind en School en het Pedagogysk Advysburo fan de Fryske
Akademy overgenomen worden door het gemeenschappelijk centrum, terwijl de
Leeuwarder Schooladviesdienst zelfstandig blijft werken. Zeer duidelijk
wordt in de ontwerp-regeling hiermee te kennen gegeven, dat het de bedoeling
is de Leeuwarder Schooladviesdienst te laten uitgroeien tot een volledige
regionale dienst naast nog andere te vormen regionale diensten.
lïa de overgangsfase, waarin een aantal regionale diensten gevormd moet
zijn met een behoorlijke mate van zelfstandigheid, zullen de werkzaamheden
van het gemeenschappelijk centrum vooral gericht blijven op de algehele co
ördinatie, de boven-regionale taken, '"het""aangaan en onderhouden van externe
kontakten en het uitvoeren van onderzoek ten behoeve van het onderwijsbege-
leidingswerk in Friesland.
De voordelen van het deelnemen aan de gemeenschappelijke regeling
Het behulp van één totale opzet op het gebied van onderwijsbegeleiding
is het financieel en organisatorisch mogelijk in geheel Friesland school
begeleidingswerkzaamheden te verrichten.
In eerste instantie kan ten behoeve van gemeenten, waar reeds school
begeleidingswerkzaamheden worden verricht, voortgebouwd worden op het daar
bereikte niveau en ten behoeve van de andere gemeenten kan worden gestart
vanuit een beginsituatie op basis van een minimum-pakket van schoolbege
leiding, te financieren door middel van gemeentelijke bijdragen van
f 4'sper inwoner.
Om in aanmerking te komen voor Rijkssubsidie moet voldaan worden aan
een aantal voorwaarden.
Eén van de voorwaarden is, dat een voor de betrokken partijen accep
tabele organisatie van de. onderwijsbegeleiding voor geheel Friesland
tot stand.komt. Een andere voorwaarde is, dat de gemeenten zelf een
substantiële bijdrage in de kosten leveren en zich bereid verklaren,
dat ook in de toekomst te blijven doen.
Voorts moet rekening, worden gehouden met voorwaarden met betrekking
tot de minimum grootte van het inwonersaantal van het werkgebied en
de daaraan gekoppelde omvang van de dienst.
In verband met het niet voldoen aan deze voorwaarden kon in Friesland
in 1973 en 1974 geen gebruik gemaakt worden van de toegezegde Rijkssubsidie.
Voor 1975 heeft het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen een
maximum subsidiebedrag van 65O.OOO,beschikbaar--gesteld. -Vcror de
jaren daarop volgend mag een subsidie worden verwacht tot 50^ van de
kosten tot voorhands een maximumbedrag van 4?per inwoner.. Volgens toe
zeggingen van Rijkswege zal dit bedrag in de nabije toekomst nog kunnen toe
nemen.
Aan de eerste voorwaarde kan voldaan worden, wanneer alle gemeenten in
Friesland, waaronder Leeuwarden, de ontwerp-gemeenschapp-elijke regeling
aangaan.
Aan de tweede voorwaarde voldoet de gemeente Leeuwarden momenteel reeds
in ruime mate. Bij algemene aanvaarding van de ontwerp-regeling in Friesland
zal het verkrijgen van een evenredig deel van de Rijkssubsidie dan ook een
aanmerkelijke verlichting van de financiële lasten op het gebied van de on
derwijsbegeleiding voor de gemeente betekenen.
Het betrekking tot de derde voorwaarde achten wij het dienstig, dat in
ieder geval de Leeuwarder Schooladviesdienst uitgebouwd wordt tot een dienst
voor een regio met voldoende inwoners.
In verband met het feit, dat er tegenwoordig veel onderlinge verhuizin
gen plaatsvinden tussen Leeuwarden en de omliggende gemeenten en een groot
deel van de kinderen uit deze gemeenten naar het voortgezet onderwijs in
Leeuwarden gaan, zal de uitbouw van de Leeuwarder Schooladviesdienst tot
een regionale dienst als gunstig gevolg hebben, dat deze groepen kinderen
onder de hoede van één dienst blijven, respectievelijk komen.
- 3 -
Het standpunt van de Raad van dg Re^'io Leeuwarden.
Ingevolge het bepaalde in artikel 29 van de Regeling Regio Leeuwarden
is de gemeente Leeuwarden gehouden de Regioraad te horen over het aangaan
van een gemeenschappelijke regeling.
In zijn vergadering van 11 februari j.l. heeft de Raad van de Regio
Leeuwarden het besluit genomen de deelnemende gemeenten te adviseren tot de
gemeenschappelijke regeling toe te treden, mits van de zijde van het voor
lopig bestuur van het gemeenschappelijk centrum in oprichting de toezegging
wordt verkregen, dat er geen bezwaar tegen bestaat, dat de Leeuwarder
Schooladviesdienst desgewenst binnen het kader van het Gemeenschappelijk
Centrum zal kunnen uitgroeien tot een regionale dienst en dat de overige
tot de Regio Leeuwarden behorende gemeenten de vrijheid hebben desgewenst
tot de dienst toe te treden.
Deze toezegging is inmiddels gedaan door het voorlopig bestuur.
Het advies van de Regioraad alsmede het verslag van de Raad van 11 februari
1975 zijn ter inzage gelegd.
Bij het uitbouwen tot een regionale dienst zal overleg gepleegd moeten
vrorden met de Regio over de opzet en de werkwijze aldaar van de Schooladvies
dienst. Voor het schoolbegeleidingswerk in Leeuwarden zelf behoeft dit in
principe geen veranderingen in te houden. Een consequentie van de uitbouw
van de Leeuwarder dienst tot een regionale dienst zal zijn, dat de School
adviesdienst ophoudt een "eigen" Leeuwarder dienst te zijn, doch een dienst
wordt, die wordt bestuurd door de besturen van de regiogemeenten en door de
schoolbesturen uit die gemeenten. De thans geldende voorschriften zullen
dan aangepast moeten worden aan de gemeenschappelijke regeling.
Een belangrijk argument voor een spoedig aangaan van de ontwerp-gemeen
schappelijke regeling achten wij tenslotte nog het feit, dat dan vanuit de
gemeente Leeuwarden een positieve bijdrage geleverd kan worden aan de verde
re realisering van de provinciaal georganiseerde schoolbegeleidingsdienst
Op grond van het bovenstaande stellen wij u voor toe te treden tot de
gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijk Centrum van de onderwijsbege
leidingsdiensten in Friesland en daarbij de tekst van de regeling in Uw
overwegingen te betrekken.
De commissie voor het onderwijs zal nog worden gehoord.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong
Secretaris.