-61-
243-
244.
244» Voor belangstellenden, die zich
verder willen ontwikkelen na de
genoten schoolopleiding, staan
G. Middenschool
242. Hoe staat het college tegenover
de invoering en de praktische uit
voerbaarheid van de z.g. midden
school?
242» In september 1974 is hot innovatie
proces voor de z.g, middenschool
op scholen van start gegaan» De
Innovatiecommissie Middenschool ver
deelt het proces in een vijftal
opeenvolgende fasen»
In de eerste fase, waarmee nu be
gonnen is, de z.g. contactscholen
fase, zal onderzocht moeten worden
welke problemen in de experimenten
middenschool aandacht behoeven. Pas
aan het eind van het gehele proces,
omstreeks 19^5kan vastgesteld wor
den of do experimenten geslaagd
zijn en of resultaten van de expe
rimenten algemeen toepasbaar zijn.
Indien gewenst kan dan d.n.v. een
nieuwe wetgeving de invoering van
de middenschool bevorderd worden.
Met grote aandacht zullen wij de
landelijke experimenten blijven
volgen en zijn in beginsel bereid
aan experimenten mee te doen.
Welke initiatieven worden er door
de gemeente ontwikkeld om de idee
van de middenschool in Leeuwarden
gestalte te geven?
Tracht u uw beleidsvoornemen de in
tegratie tussen het kleuter- en
lager onderwijs te realiseren in
het kader van de ontwikkeling van
de middenschool?
Met welke scholen voert u overleg
of gaat u overleg voeren om de
integratie tussen kleuter- en
lager onderwijs te realiseren?
Denkt u het bijzonder basisonder
wijs in uw plannen te betrekken
en wel zodanig dat gezocht wordt
naar mogelijkheden tot verdergaan
de integratie van het bijzonder
en openbaar basisonderwijs in
Leeuwarden?
243.
H. Permanente educatie.
Hoe zijn de mogelijkheden voor
permanente educatie momenteel?
kelk gebruik wordt daarvan in on
ze gemeente concreet gemaakt?
Wij verwijzen u naar het antwoord,
gegeven op vraag nummer 242. Haast
overeenkomsten in de aan beide in
tegratiegedachten ten grondslag lig
gende onderwijsdoelstellingen bestaa:
er toch ook zodanige verschillen dat
de beide integratievormen onafhan
kelijk van elkaar benaderd kunnen
worden.
Bij de integratie var. kleuter- en
lager onderwijs gaat het er voor
al om de beide onderwijsvormen zo
danig op elkaar af te stemmen dat
ze in elkaar gaan overvloeien. Het
is daarom een zaak van het kleuter
en lager onderwijs in zijn totali
teit.
Het is niet in de eerste plaats
aan ons om naast een integratie van
onderwijsvormen ook een integratie
van onderwijssoorten na te streven.
Wel zullen wij een verdere uitbouw
van de reeds bestaande samenwerking
blijven bevorderen.
vele mogelijkheden open,