T7cl zal bij het verwervingsbeleid en de stedebouwkundige opzet voorshands
rekening moeten worden gehouden mot de eindsituatie zoals deze nu wordt
voorzien.
Tenslotte kan hierdoor ook geleidelijker en dus boter worden inge
speeld op do gevolgen welke de toename van het verkeer voor bepaal de
gebieden heeft. Wij denken hier.mot name aan do leefbaarheid en de
wijziging van bestemmingen.
Wij komen nu tot do punten uit de Prénota waarover volgens ons
een beslissing dient te worden genomen.
Deze punten hebben betrekking op de voorgestelde wegenstructuur.
Zo worden hierna achtereenvolgens besproken.
1Basisweg.
Deze weg is het essentiële bestanddeel van de wegenstructuur,
ze vormt als het ware do ruggegraat van het wegenplan. Do redenen
waarom deze weg in het wegenstelsel is opgenomen zijn uitvoerig
'weergegeven in bijlage II behorende bij het raadsvoorstel met betrekking
tot do toekomstige wegenstructuur (bijlage no. 27 d.d. 21 januari 1975).
Kortheidshalve verwijzen wij daarnaar. Wij zijn dan ook van mening
dat deze weg er dient te komen.
In de Prénota wordt voorzien, dat de Basisweg in de toekomst uit
vier rijstroken zal moeten bestaan. Voor wat betreft de reeds bestaande
delen van deze weg (TesselschadestraatLange Marktstraat en Willem
Lodewijkstraat) zijn wij van oordeel dat vooralsnog kan worden volstaan
'met het huidige profiel. Voor de verbindingen tussen Lange Marktstraat -
Zuiderplëin - Tulpenburg verwijzen vrij naar hetgeen hierover onder
het punt 3 (fasering) is weergegeven.
Ervan uitgaande dat de Willem Lodewijkstraat voorlopig zijn
huidige profiel behoudt, zien wij voorshands geen wijzigingen in de
'huidige bestemming van de aan deze straat gelegen bebouwing ontstaan.
Do ontwikkeling dient echter nauwlettend te worden gevolgd.
2. Oostorgoweg.
Uit de berekeningen blijkt duidelijk dat er een belangrijke
verkeersstroom is vanuit het zuiden naar de stad welke voor een
aanzienlijk deel voor de binnenstad bestemd is. Het wordt steeds minder
acceptabel om dit verkeer via.de Schrans de stad binnen te leiden.
Het winkelareaal aldaar vereist een verkeersluw klimaat. In het
verleden is dan ook reeds door de raad besloten tot de aanleg van
do Oostorgoweg.
Het door de werkgroep Huizum-Bornia en door enkele raadsleden
geopperde idee om dit verkeer bij Werpsterhoek via het oosten
(Drachtsterweg) of via het westen (nieuwe weg vanaf Werpsterhoek en
de industrieweg) te leiden is naar onze mening niet juist omdat:
1o. verreweg het grootste gedeelte van het verkeer bestemd is voor
de binnenstad;
2o. de basisweg en andere toevoerwegen naar de binnenstad hierdoor
extra zwaar worden belast.
Wij zijn dan ook van mening dat dit voorstel moet worden afgewezen
en dat de Oostorgoweg in do voorgestelde wegenstructuur dient te
worden gehandhaafd.
- 3 -
3. Fasering aanleg Basisx^eg en Oostergoweg.
Zoals hiervoor reeds is medegedeeld, zal in het Verkeers- en
Vervoersplan een faseringsschema worden opgenomen. Naar aanleiding
van een aantal vragen dienaangaande vanuit Uw raad, is in bijlage II
verkort weergegeven hoe dit schema gedacht is voor het deel van de
wegenstructuur dat betrekking heeft op de Basisweg en de Oostergoweg.
Hieruit blijkt dat, voor wat betreft de toegang naar het centrum
vanuit het zuiden, in de eerste fase wordt gedacht aan het huidige
tracé tot aan de Borniastraathet gedeelte Borniastraat tot aan de
nieuw aan te leggen Oostergoweg en het dan aangelegde gedeelte van de
Oostergoweg tussen de Borniastraat en de spoorlijn.
Nadat overeenstemming is verkregen over do kruising van de spoorlijn,
de aansluiting op de Basisweg richting Zuiderplein en richting
Willem Lodewijkstraat (verkeersknooppunt I op kaart A behorende bij
bijlage IIis - na realisering daarvan - de toegang naar het centrum
langs voor een deel bestaande wogen mogelijk geworden.
Voor de verdere uitwerking van do fasering verwijzen wij kort
heidshalve naar genoemde bijlage.
Do fasering van de Basisweg kan in principe als volgt worden
gedacht.
In eerste instantie kan voor de verbinding Lange Marktstraat-
Zuiderpl'öinworden volstaan met de Stationsweg en een tweestrooks
weg door de Van Swietenstraat-BaljeebucirtAfgewacht moet worden of
in de- eindfase hiermee kan worden volstaan of dat door de Van Swieten-
straat een A-strooksweg moet worden aangelegd.
Gezien het vorenstaande zal het nodig zijn tijdig maatregelen in het
kader van de .ruimtelijke ordening te treffen om ongewenste ontwikke
lingen in dit gebied voor de toekomst tegen te gaan.
Voor wat betreft het meest oostelijk deel van de Basisweg
(Willem Lodewijkstraat-Oosttangent) zijn wij van mening, dat in de
eerste fase kan worden volstaan met een tweestrooksweg. Het is niet
mogelijk om voor 15 maart de-studie over deze verbinding af te ronden.
Wij verwachten echter wel dat dit voor het einde van dit jaar het
geval zal zijn. Voor het overige verwijzen wij U naar hetgeen over dit
traject is opgemerkt in bijlage II van deze raadsbrief.
4. Noordtangent
De berekeningsresultaten tonen aan dat deze weg in de teekomst
dient te worden aangelegd. Ingeval wordt besloten niet tot aanleg
over te gaan zal de noordelijke ringweg onontkoombaar moeten worden
verdubbeld. Het vrachtvervoer zal dan op dit weggedeelte aanwezig
blijven.
Ons inziens kan worden volstaan met een tweestrooksweg, qua
afmetingen overeenkomend met het weggedeelte tussen Grouw en Heerenveen.
Een weg met deze afmetingen achten wij voor de omgeving landschappelijk
aanvaardbaar. Daarbij dient naar onze mening ernstig te worden overwogen
of niet met een laaggelegen (beweegbare) brug over de Dokkumer Ee
kan worden volstaan. Voor de verbinding tussen Snakkerburen en Lekkum
denken wij daarbij aan een tunnelverbinding voor fietsers en voetgangers.
Voor de- weg Leeuwarden-Lekkum kan worden volstaan met een gelijkvloerse
kruising.
Afwikkeling van het verkeer via een weg om de zuid achten wij geen
oplossing. De belangrijkste functie van de noord-tangent is namelijk
het verdelen van het externe verkeer dat aan de noordzijde van de
stad moet zijn.
Bij afwezigheid van deze weg kiest dit verkeer de noordelijke ringweg
en niet een route om de zuid. Hierdoor zal de ringweg, zoals hiervoor
ook reeds is aangegeven, nog zwaarder worden belast.