- 12 - 53» Over de in de prénota voorgestelde wegenstructuur kan geen beslissing worden genomen alvorens een nota over het parkeren is uitgebracht. .54» Verzoekt de door hem in maart vorig jaar geuite visie m.b.t. de verkeers problematiek nog eens in de overwe gingen te betrekken. 55° Vindt het - gezien de grootte van de stad Leeuwarden - dwaas om zulke in grijpende maatregelen voor het gemo toriseerde verkeer voor te stellen en zoveel afbraak te plegen. P. van der Wal De stelling dat geen beslissing over het wegennet kan w.orden genomen alvorens de parkeercapaciteit bekend is, .is onjuist-oi dat 1 bij de berekening bewust is uitgegaan van onbeperkte parkeermogelijkheden; 2. het beleid tot op heden gericht is op het creëren van voldoende parkeer- plaatsen, hoe moeilijk dit ook in de parktijk zal zijn (soc. economisch belang) Deze visie is in de raadsvergadering var. 17 februari 1975 uitvoerig besproken en toen, middels het verwerpen van een aan tal moties, door de raad afgewezen. Wij achten het daarom ongewenst deze op nieuw in de overwegingen te betrekken. Deze mening delen wij niet. Voor het antwoord op de vragen 56 en 5? wordt verwezen naar onze opmerkingen tvraag 5 56. Is van mening dat de gevolgen van een ongewijzigd verkeersbeleid voor de stad desastreus zullen zijn. Dit wordt m.b door de resultaten uit de prénota bevestigd. Is dan ook van mening dat dit beleid moet v/orden omgebogen. 57° Is van mening dat het verkeersbeleid omgebogen moet worden en ziet hier toe mogelijkheden door beïnvloeding van de keuze van de vervoerswijze in de richting van het langzame verkeer. 58. Is van mening dat de fiets er in de Voor het antwoord wordt verwezen naar de prénota bekaaid afkomt. Dringt aan reactie op opmerking 5° op een spoedige totstandkoming van het fietspadenplan. 59. Stelt voor de invalsweg vanuit Harlingen aan te sluiten op het Europaplein en verder een verkeers- circuit met éénrichtingsverkeer te maken via Harlingerstraatweg, Wester singel, Tesselschadestraat en Heli- conweg. Het toepassen van éénrichtingscircuits behoeft in het algemeen niet te worden afgewezen. Toch is voorzichtigheid ge boden omdat hiermede dikwijls meer over last in woongebieden wordt veroorzaakt en meer omwegen moeten worden gemaakt. Het gegeven voorbeeld demonstreert dit duidelijk. In de voorgestelde wegen structuur is gekozen voor concentratie van de verkeershinderterwijl éénrich- tingssystemen in zekere mate tot verde re verdeling van de hinder leiden. Toe passing van dit systeem ligt nog het meest voor de hand als per route gebru- kan worden gemaakt van dicht bij elkaar gelegen parallel lopende wegen. 0. Is ook voorstander van het idee van de groep Huizum-Bornia om het verkeer vanuit het zuiden bij Werpsterhoek reeds een keuze te laten maken. Toch moeten ook in dat geval de conse quenties nauwkeurig worden nagegaan. Voor het antwoord wordt verwezen naar er het antwoord op vraag 2. Singelsma. 1. Ervan uitgaande dat de totale bevol king van de stad Leeuwarden tot 1990 nagenoeg constant blijft moet de be volking van de nieuwe wijken gele verd worden door de bestaande wijken. Daardoor zal, zoals door U in de nota Beleids- en Technische uitgangspun ten wordt verondersteld, onder meer de wijk Nijlan teruglopen van 1 6300 naar 3750 bewoners. De woningbezet ting in Friesland is momenteel 3>17° Bij Uw veronderstelling daalt deze in Nijlan tot 1,5° Dit lijkt mij zeer onwaarschijnlijk. Een soortgelijke berekening kan voor meerdere wijken worden gemaakt. Het Verkeers- en Vervoersplan gaat uit van' de verkeerssituatie in 1971° Het spitsuur lag toen tussen 5 en 6 uur. Hu is deze spits reeds over een langere tijd uitgesmeerd en vlakker geworden. Als men weet dat op het gebied van de werktijden grote veranderingen hebben plaats gevonden en nog zullen plaats vinden en als dan op blz. 6 van de prénota wordt gezegd, dat op een moge lijke trendombuiging t.g.v. ingrij pende maatschappelijke veranderingen, niet wordt geanticipeerd, dan maakt men zich er wel wat al te gemakkelijk vanaf Ik merk er niets van dat in dit plan ruimte is voor de z.g. zachte ver keersstromen (bromfietsers, fietsers en voetgangers)Er wordt slechts an derhalve bladzijde aan gewijd. Ik adviseer U het blad Intermediair eens te lezen. In het jaar 1975 zijn daarin 4 grote artikelen gewijd aan deze materie ^4. In de onder vraag 61 genoemde nota gaat U ervan uit dat Leeuwarden in de komende 15 jaar 1 9015 nieuwe ar beidsplaatsen kan verwachten. In de betreffende bijlage van de door U genoemde nota is waarschijnlijk een fout geslopen. Het aantal inwoners van Nijlan in 1990 moet zijn 4750 en geen 3750. Dit aantal bedroeg in 1972 nog I 63OO en was in september 1975 reeds gedaald tot 5356. Een verdere afname tot 4750 in 1990 lijkt dan ook alleszins aannemelijk. Het aantal woningen bedraagt volgens de A.V. 1971 2230. De gemiddelde woningbezetting zou derhalve dalen tot 2,13 (dus niet tot 1,5), wat gezien de recente ontwik kelingen als niet onwaarschijnlijk kan worden beschouwd. Soortgelijke bereke ningen voor andere wijken zullen tot overeenkomstige woningbezettingscijfers leiden. Voor het antwoord wordt verwezen naar de reactie op de opmerkingen 20 en 21 .Voor het antwoord wordt verwezen naar de reactie op opmerking 5° Het sociografisch model voor 1990 is opgesteld in mei 1974°-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1976 | | pagina 265