II-8
4. Financiële verhouding tussen het Ri.ik en de Gemeenten.
Voor wat "betreft het geheel van de financiële betrekkingen tussen
het Kijk en de Gemeenten verwijzen wij naar bijlage VII.
De uitkeringen uit het Gemeentefonds en de doeluitkeringen uit
's Kijks kas vormen de belangrijkste inkomstenbron voor onze ge
meente. Na de circulaire over de gemeentefondsuitkering voor 1974»
1975 en 1976 van 16 juli 1975 zijn in de algemene uitkering uit
het Gemeentefonds geen verdere structurele verbeteringen aange
bracht
De in de circulaire van juli 1975 aangekondigde verfijningsrege-
ling sociale structuur is nog niet definitief. Wel weten de gemeen
ten financieel gezien waar zij aan toe zijn. Voor 1975 betekende
deze verfijningsregeling voor onze gemeente een inkomst van
275*000, voor 1976 een inkomst van 375*000,en voor 1977
424.000,Op basis van deze bedragen ontvangt de gemeente voor
schotten.
Inmiddels is de verfijningsregeling bodemgesteldheid verbeterd. Zij
is uitgebreid tot gemeenten met 50% of meer slechte bodem. Momen
teel is in onderzoek in hoeverre de gemeente Leeuwarden voor een
uitkering op grond van de verbeterde regeling in aanmerking kan
komen.
Tenslotte merken wij nog op, dat in het kader van het conjunctuur
programma 1976 over dat jaar een eenmalige extra uitkering uit het
Gemeentefonds is ontvangen van 335*000,om althans de ergste
knelpunten met betrekking tot vorenvermelde personeelsproblemen bij
de sociale diensten weg te nemen.
Bij brieven van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van
26 juli 1975 en 26 februari 1976 heeft deze de gebruikelijke aan
wijzingen gegeven voor het ramen van de gemeentefondsuitkeringen.
De ramingen der uitkeringen voor 1977 en voor de volgende jaren
(constant loon- en prijsniveau) zijn op deze circulaires afgestemd.
Wat de jaren na 1976 betreft is door ons gerekend op 3% reële
groei in het uitkeringspercentageHierin is een -J% begrepen als
stelpost voor verwachte verbeteringen in de uitkeringsregeling.
In de circulaires van de Staatssecretaris van 20 en 21 juli 1976
is van een ander loon- en prijspeil uitgegaan, dan waarmee wij bij
het samenstellen van de begrotingen rekening hebben gehouden. Het
is niet mogelijk deze mutaties nog op alle posten aan te brengen.