III-11-5
Het dagelijks bestuur van de Regio heeft ons, conform het
advies van de portefeuillehouders van sociale zaken in de
betrokken gemeenten geadviseerd over te gaan tot aanstelling
bij de gemeente Leeuwarden van twee buitendienst-ambtenaren,
belast met bijzondere opdrachten. Op verzoek van de des
betreffende sociale diensten kunnen deze functionarissen
ingezet worden in het hele gebied van de Regio Leeuwarden.
De ambtenaren zullen opsporingsbevoegdheid krijgen. Zij zullen
worden begeleid door een in regioverband geformeerde begelei
dingscommissie; deze zal ook de evaluatie verzorgen.
De kosten van controle op de W.W.V.-gevallen zullen door het
Ministerie van Sociale Zaken voor 100$ worden vergoed, aldus
het door de Tweede Kamer inmiddels reeds aangenomen wetsvoor
stel
Wij menen echter dat deze controle zich ook dient uit te
strekken over de A.B.W.- en R.W.W,-gevallen.
Hiervoor worden door het ministerie van C.R.M. geen vergoedingen
in de apparaatskosten verstrekt.
Afgesproken is dat aan de aan de Regio deelnemende gemeenten
kosten in rekening zullen worden gebracht naar rato van de
bestede tijd.
4. Dienst Sociale Werkvoorziening.
De begroting van deze dienst over 1977 sluit met een nadelig saldo
van 1.681.000,tegen een begroot tekort van 1.194*720,
over 1976.
Inmiddels is gebleken dat de begroting voor 1976 ietwat te
optimistisch is geweest. En verder wordt deze toeneming veroor
zaakt door de stijgende personeelslasten van zowel het ambtelijk
als het s.w.-personeel. Deze lasten worden slechts ten dele door
subsidie en uuropbrengsten gedekt.
Het aantal inproduktieve uren per werknemer stijgt van 210 in
1976 tot 310 in 1977* De oorzaken hiervan zijn de toeneming van
het aantal personeelsleden, het jongere personeelsbestand en een
verdere verschuiving van langlopende naar kortlopende orders.
Met name de rubrieken "test en training, magazijn, kantine, vorming
en ontwikkeling", alsmede de rubriek "wachten op werk" nemen
hierdoor toe.
De in het" beleidsplan 1976—1980 uitgesproken verwachting over een
toenemend s.w.-werknemersbestand blijkt gegrond. Hierdoor wordt
het in ons vorige beleidsplan genoemde ruimtegebrek des te
nijpender.
