- 4 - - 5 - Aangezien de Leeuwarder woningcorporaties ook in volgende fasen van het ■bestemmingsplan een rol zullen spelen, verdient het wellicht aanbeveling, dat zij wel een coördinerend architect in dienst nemen. Wij zijn bereid met de corporaties in overleg te treden over de noodzaak hiervan en over de vraag, op welke wijze de hieraan verbonden kosten kunnen worden gedekt. 9. Organisatie-opzet. De bij ons voorstel van 24 november 1976, (bijlage no. 431gevoegde organisatie-opzet was bedoeld ter illustratie van de wijze, waarop bij de verdere ontwikkeling van het bestemmingsplan Camminghaburen van de project-organisatie gebruik zou worden gemaakt. Het was niet de bedoeling daarin een schema van de te volgen procedure vast te leggen, noch aan te geven, hoe en wanneer de Raad alsmede de commissie en de functionele Ra den zouden worden ingeschakeld. Daarvoor zij verwezen naar het onder punt 8 van deze raadsbrief gestelde en naar de ter inzage gelegde detail planning. Met betrekking tot de gehanteerde terminologie van het organisatie schema merken wij het volgende op. De beleidsvoorbereiding vindt, zoals tot nu toe gebruikelijk, plaats in de Stuurgroep Camminghaburen. In de praktijk is gebleken, dat deze stuurgroep goed functioneert als commu- nicatiepunt tussen het beleid en de uitvoerende instanties. De werk voorbereiding geschiedt door de projectgroepen, die multi-functioneel zijn samengesteld en waarin uitsluitend gemeente-ambtenaren of externe deskundigen zitting hebben, die in dienst zijn van de gemeente. Deze personen zijn dus allen voor hun werkzaamheden verantwoording schuldig aan de gemeentelijke beleidsorganen. De projectgroepen zullen geregeld contact moeten hebben met de opdracht gevers van de te realiseren bouwplannen en met de architecten en aanne mers. Deze opdrachtgevers, architecten en aannemers zijn echter geen in stellingen die werkzaam zijn in dienst van de gemeente en daarom niet in de projectgroepen opgenomen. Om het overleg tussen de projectgroep en ge noemde instellingen te formaliseren zijn zij opgenomen in een organisatie, welke is betiteld als bouwteam. Deze terminologie is in zoverre verwar rend, dat men onder het begrip bouwteam meestal een team verstaat, dat nauw betrokken is bij de realisering van een bouwplan. Om die reden is het ons inziens verstandiger in het onderhavige schema te spreken van voor bereidingsteams Wij achten het niet uitgesloten, dat door de voorbereidingsteams wordt afgesproken, dat een deel van de werkzaamheden niet door het volledige team wordt verricht, maar door kleinere functionele, ontwerpersgroepen. V/ij hebben ons op Uw verzoek beraden over de vraag, op welke wijze het project-management in dit organisatie-schema moebworden opgenomen. Gelet op met name de grote financiële risico's die zijn verbonden aan de rea lisering van het bestemmingsplan Camminghaburen verdient het ons inziens overweging het project-ms.nagement in handen te leggen van een op dit ge bied deskundig extern bureau. Wij hebben daartoe oriënterende besprekin gen geopend met het Technisch Adviesbureau Dwars, Heederik en Verhey te Amersfoort, dat ook elders met dergelijke projecten is belast, Het ligt in ons voornemen U binnenkort te informeren over de uitkomsten van deze besprekingen en zonodig nadere voorstellen hieromtrent aan U voor te leggen. 10. Diversen. a1_Tijdstip_en_wijze van_gronduitgifte Naar onze mening dient het tijdstip van gronduitgifte in principe zo laat mogelijk in de procedure plaats te vinden, zodat de gemeente zo lang mogelijk haar taak op het gebied van de bewaking van de kwaliteit van het plan kan uitoefenen. Het is duidelijk, dat de ondernemers bij die werkwijze een zeker risico lopen. Anderzijds kan bij voorbeeld door het afgeven van een intentieverklaring of het aangaan van een samen werkingsovereenkomst tussen gemeente en gegadigde dit risico tot het aanvaardbare worden beperkt. Het is echter wel noodzakelijk thans reeds een keuze met betrekking tot de in te schakelen ondernemingen te maken, omdat de verschillende procedures die moeten leiden tot realisering van het onderhavige bestemmingsplan wegens tijdgebrek parallel moeten lopen en niet achter elkaar kunnen worden afgewerkt. De gronduitgifte zal in de eerste fase voor 80$ plaatsvinden aan de woningcorporaties en de ondernemingen die in ons voorstel van 24 november 1976 (bijlage no. 431 zijn genoemd. Hieraan ligt de gedachte ten grondslag, dat in Cammingha buren met een fors contingent woningen moet worden gestart om een voldoende basis te leggen voor de in deze wijk in een vroeg stadium te realiseren voorzieningen Bij de verkoop van woningen in deze eerste fase zullen ongetwijfeld de Leeuwarder makelaars een rol spelen. Bij de uitgifte van de resterende 20$ aan1kavels in de eerste fase en ook in volgende fasen kan uitgifte aan makelaars en/of kleine bouwbedrijven in overweging worden genomen. b^_Woningbouw in_de beschutte sfeer. Wij hebben naar aanleiding van een circulaire van de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke aan de Federatie van Leeuwarder Woning corporaties de vraag voorgelegd of men bereid was woningen in de beschut te sfeer te realiseren. Men betoonde zich daaromtrent terughoudend, maar heeft toegezegd, dat de corporaties individueel op deze zaak zouden terugkomen. Inmiddels heeft de woningbouv/vcreniging "Beter Wonen" laten v/eten belangstelling voor een dergelijk bouwproject te hebben. Aangezien het Qeschutte-sfeer-project" in de eerste fase geïntegreerd met een plan voor premiekoopwoningen tot stand dient te komen hebben wij gemeend ons voorstel het Bouwfonds te belasten met dit project te moeten handhaven, omdat deze instelling reeds ervaring op dit terrein heeft opgedaan. Wij zullen ons beraden over de vraag of het mogelijk is in de eerste fase van Camminghaburen ook een project in de beschutte sfeer aan de woningbouwvereniging "Beter Wonen" toe te wijzen. Indien dit niet mogelijk blijkt te zijn, komt deze corporatie ons inziens in aan merking voor een dergelijk project in de tweede fase. Resumerend stellen wij U voor te besluiten conform het bijgevoegde ontwerp-besluitdat voor wat. betreft de onderdelen III en VII enigszins afwijkt van het ontwerp, dat wij U bij raadsbrief van 24 november 19/o (bijlage no. 431) hebben voorgelegd. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. W.J.G. Reumer Secretaris, loco

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1976 | | pagina 407