III-2-1 PAR. 2. BELEIDSSECTOR OPENBARE VEILIGHEID. A. Algemeen. Zowel landelijk als regionaal staat de reorganisatie van de politie sterk in de belangstelling. Het gaat hierbij om een bijzonder moeilijk en ingrijpend vraagstuk. Er is zeker een samenhang tussen de reorga nisatie van de politie en de reorganisatie van het binnenlands be stuur. Aangezien evenwel de laatste reorganisatie nog wel enige tijd op zich zal laten wachten wordt als overgangsmaatregel gestreefd naar samenwerkingsregelingen tussen rijks- en gemeentepolitie en tussen gemeentelijke politiekorpsen onderling op basis van artikel 50 van de Politiewet. Het lijkt erop, dat uiteindelijk zal worden gekoerst in de richting van één soort politie. In hoeverre deze ontwikkelingen binnen de ter mijn van dit beleidsplan reeds tot ingrijpende wijzigingen zullen leiden, valt op dit moment nog niet overzien. Zowel in kringen van justitie en politie als in kringen van het open baar bestuur bestaat er overeenstemming over, dat het z.g. tripartite overleg tussen de Burgemeester, het Openbaar Ministerie en de korps leiding van groot belang moet worden geacht. In Leeuwarden is met dit overleg reeds enige tijd geleden een begin gemaakt en gesteld mag worden dat dit overleg inmiddels duidelijk gestalte heeft gekregen. B. Toelichting per volgnummer. Jaarwedden politie (volgnr. 74). Er wordt vanuit gegaan, dat het beleid waarbij de nog bestaande over schrijding van de maximum sterkte per jaar met één man zal worden in gelopen, zal kunnen worden voortgezet. Bij het beleidsplan 1975-1978 en 1976-1980 wezen wij reeds op de on gunstige leeftijdsopbouw van het korps, waardoor de uitgaven in deze sector ongunstig worden beinvloed. Bij de opstelling van het beleids plan 1977-1981 hebben wij geconstateerd dat de gevolgen van de vrij drastische verjonging ingaande 1977 inderdaad merkbaar worden. Bovendien wordt uitgegaan van een verdere vermindering van het aantal overuren. Voor 1977 betekent een en ander een vermindering van het tekort in deze sector met ruim 100.000,Of deze trend zich zoda nig zal voortzetten, dat het tekort in de personele sector geheel verdwijnt, kunnen wij thans nog niet overzien. Wij gaan er wel van uit, dat althans nog enige verdere verbetering zal plaats hebben. In het beleidsplan 1977-1981 is deze verbetering geraamd oplopend tot I25.OOO,— in 1981

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1976 | | pagina 45