2 -
8. hij niet-nakoming van één der verplichtingen of verboden, bedoeld
onder 5> 6 en 7verbeurt de nalatige c.q. overtreder aan de gemeente
Leeuwarden voor iedere niet-nakoming of overtreding een boete van
50.000,deze boete is verschuldigd door het enkele feit der niet-
nakoming of overtreding, zonder dat enige uitdrukkelijke ingebreke
stelling behoeft plaats te vinden;
9. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van eigen
domsoverdracht
10. indien de akte van eigendomsoverdracht niet notarieel is verleden vóór
1 juli 1977» dan is de koopster ingaande 1 juli 1977 tot de dag, waarop
de akte wordt verleden, aan de gemeente Leeuwarden over de koopsom een
rente verschuldigd, berekend naar 9% per jaar;
de akte van eigendomsoverdracht wordt verleden uiterlijk twee maanden
na de datum van het verlenen van de in beding 17 bedoelde bouwvergunning;
11. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden kunnen toestaan, dat, nadat
Gedeputeerde Staten van Friesland het betreffende raadsbesluit hebben
goedgekeurd, het verkochte, vooruitlopende op het passeren van de over
drachtsakte, met inachtneming van de eventueel door Burgemeester en Wet
houders te stellen voorwaarden, door de koopster in gebruik wordt geno
men;
12. het risico voor en het onderhoud van het gekochte en alle daarvan geheven
wordende en nog te heffen lasten en belastingen komen vanaf de levering
voor rekening van de koopster;
15. de gemeente Leeuwarden is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die
wegens uitwinning;
14. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als
bedoeld in de artikelen 1502 en 1505 van het Burgerlijk Wetboek;
15* de akte van eigendomsoverdracht zal worden opgemaakt door en verleden
voor een door koopster aan te wijzen, te Leeuwarden gevestigde notaris;
16. de te stichten opstallen dienen te worden ontworpen onder super-visie van
de architect van de gemeente Leeuwarden; t
17. indien de voor de bebouwing van het gekochte benodigde bouwvergunning
niet vóór 1 juli 1978 aan de Stichting Dagverblijven voor Gehandicapten
Leeuwarden en Omstreken kan worden verleend, is de koopovereenkomst van
rechtswege ontbonden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Vaststellen van het bestemmingsplan Huizum-Dorp.
Bijlage no. 548. Leeuwarden, 15 september 1977»
Aan de gemeenteraad.
Inleiding:
Op 17 november 1975 hebt U het gebied Huizum-Dorp aangewezen als rehabili-
tatiegebied. Tevens hebt TJ toen onder meer besloten voor dit gebied een
bestemmingsplan te doen ontwerpen. Als basis hiervoor moest dienen het
structuurmodel B behorende bij het in juni 1975 uitgebrachte rapport
Huizum-Dorp dat een ambtelijke projectgroep in samenwerking met een contac
groep uit de bevolking heeft opgesteld.
Het voorliggende ontwerp-bestemmingsplan moet worden gezien als de uit
werking van genoemde opdracht. De ontwikkeling daarvan heeft plaats
gevonden in nauw overleg met de contactgroep. Voor een nadere uiteenzettin
van de uitgangspunten welke aan het plan ten grondslag liggen verwijzen
wij U kortheidshalve naar de toelichting behorende bij het bestemmingsplan
Het rapport van juni 1975 dient te worden beschouwd als deel uit te maken
van de toelichting op het stedebouwkundig plan.
Overleg artikel 8 B.R.O.
Over het plan is overleg als bedoeld in artikel 8 van het Besluit op de
Ruimtelijke Ordening gevoerd met de daarvoor aangewezen instanties. Het
resultaat daarvan is uitvoerig weergegeven in hoofdstuk IV van de toelich
ting behorende bij het bestemmingsplan. Kortheidshalve volstaan wij dan
ook met te vermelden, dat in 't algemeen met de stedebouwkundige hoofd-
opzet kon worden ingestemd, maar dat ten aanzien van de inrichting van
het plan (voorschriften en plankaart) een aantal opmerkingen werden
gemaakt, c.q. suggesties gedaan. Deze zijn grotendeels in het huidige
ontwerp-plan verwerkt. Voorzover dit niet is gedaan, wordt verwezen naar
de motivering opgenomen in eerdergenoemd hoofdstuk IV van, de toelichting.
Met betrekking tot de vraag over de inkrimping van het noordelijk deel
aan de Westzijde van het terrein voor de kermisexploitanten merken wij
het volgende op.
De toevoeging van dit gedeelte aan de uitbreidingsmogelijkheden van
Faber's Haardenfabriek is een voortvloeisel uit nader overleg met dit
bedrijf. De verkleining van het kermisexploitantenterrein is grotendeels
gecompenseerd door een uitbreiding van dat terrein aan de zuidwestzijde,
waardoor de capaciteit van het terrein ten opzichte van het terrein,
opgenomen in de struktuurschets B, gelijk is gebleven.
Economische uitvoerbaarheid:
In hoofdstuk IV van de toelichting behorende bij het bestemmingsplan is
deze uitvoerig beschreven. Kortheidshalve verwijzen wij daarnaar. Wij
merken op, dat na de ter visie legging - als gevolg van inmiddels gewijzig
de omstandigheden - het deel van de exploitatieopzet betrekking hebbende
op het z.g. nieuwbouwgebied enigszins is gewijzigd. Dit heeft geleid
tot een herberekening van de in de toelichting genoemde kavelprijzen.
Wij zijn van mening, dat deze opbrengsten alleen maar kunnen worden
gerealiseerd, wanneer door het Rijk lokatiesubsidies worden verstrekt.
De economische uitvoerbaarheid van het plan is hiervan dus afhankelijk.