Ophogen zuidelijk gedeelte plan Camminghaburen. Bijlage no. .88Leeuwarden, 10. februari 1977 Aan de Gemeenteraad. Op 15 maart 1971 besloot het toekomstige woongebied, gelegen tussen de Groningerstraatweg, het Ouddeel, de spoorlijn Leeuwarden- Groningen en de oostelijke grens van het recreatiegebied Kalverdijk- je niet te ontpolderen, maar dit gebied op een hoogte te brengen van 80 cm FZP. Aan deze beslissing liggen een aantal studies ten grondslag, welke tenslotte tot de' conclusie hebben geleid, dat door een ophoging van het gebied tot het peil van 80 cm FZP een verant woorde situatie ontstaat, welke een reële exploitatie van het ge bied, mogelijk maakt. Tegelijkertijd besloot IJ voor het ophogen van het noordelijke gedeelte van het gebied (het gedeelte dat is gelegen ten noorden van het rijwielpad vanaf het Kalverdijkje naar de Kleine Wielen) een krediet beschikbaar te stellen van 7*950.000,Dit opho gingsplan is daarna gerealiseerd, zodat thans met het verder bouw rijp maken van de terreinen aldaar een aanvag kan worden gemaakt. Inmiddels is een plan uitgewerkt voor het ophogen van het zui delijk gedeelte van dit gebied (het gedeelte tussen het rijwielpad vanaf het Kalverdijkje naar de Kleine Wielen en de spoorlijn Leeu- warden-Groningen. Wij achten het nodig, dat dit plan op korte ter mijn tot uitvoering wordt gebracht. Wij vermelden hierbij, dat het gebied nadat de ophoging heeft plaats gehad een drietal jaren de tijd zal moeten hebben om te beklinken, Er verder van uitgaande, dat de ophoging na verloop van één jaar kan worden voltooid, mag worden ge steld, dat tenminste vier jaren zullen verstrijken voordat ter plaatse verder activiteiten kunnen worden ontplooid. Het thans voorliggende plan is uiteraard gebaseerd op het opho gen van het resterende gebied tot een hoogte van 80 cm FZP. Uit gaande van een gemiddelde bestaande terreinhoogte van 26 cm FZP en een zetting van de ondergrond van 32 cm, zal een zandpakket ter dikte van gemiddeld 86 cm moeten worden aangebracht. Zoals verder uit de ter visie gelegde plantekening blijkt, zullen in het plan waterpartijen moeten worden gegraven. Deze water partijen krijgen een totale lengte van 3500 m en een breedte van gemiddeld 11 m; zij zullen worden voorzien van een azobé-betui- ning. De juiste plaats van de waterpartijen zal echter nog nader moeten worden bepaald. De uit de vijvers komende grond zal worden benut voor het aanleggen van perskaden en verder voor het aanbrengen van een 2 cm dikke afdeklaag over de opgespoten zandlaag. De voor het aanleggen van de winterkade langs het Ouddeel en de Kurkemeer benodigde grond zal aan het terrein worden onttrokken, evenals de eventueel tekortkomende afdetgrond. Deze ontgravingen zullen met zand worden aangevuld. Volledigheidshalve zij nog vermeld, dat het gedeelte van het gebied, dat is gelegen tussen de Kurkemeer en de spoorlijn, zal moeten worden opgehoogd tot 1.40 FZP, aangezien bij een ophoging tot 80 cm FZP de afwatering van dit terrein moeilijkheden zal opleveren. Onderzocht wordt nog of, bijv. door het verleggen van een gedeelte van de Kurkemeer, een goedkopere oplossing kan worden bereikt. Zoals uit de tevens ter inzage gelegde begroting blijkt, worden de kosten van ophoging enz, geraamd op in totaal 8.474*000, (excl. B.T.W.). Deze kosten komen ten laste van de grondexploitatie van het bestemmingsplan Camminghaburen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1977 | | pagina 181