a
MEMORIE "VAN TOELICHTING
DICTUM
Onder III van het dictum van het ontwerp-besluit is een overgangsbepaling
opgenomen, waardoor de bestaande huurovereenkomsten in stand kunnen blijven
en niet vervangen behoeven te worden door nieuwe, gebaseerd op de onder II
genoemde huurverordening. Het ligt in het voornemen alle huurders op de
hoogte te brengen van de op handen zijnde inwerkingtreding van deze verorde
ning, zodra dit ontwerp is vastgesteld. Zij krijgen daarbij de gelegenheid
aandacht te vragen voor bijzondere omstandigheden die het opnemen van enige
speciale bedingen in de betrokken huurovereenkomsten zouden kunnen recht
vaardigen.
Artikel 1 (nieuw).
Dit artikel bevat bepalingen, die naar hun aard meer een publiekrechtelijk
dan privaatrechtelijk karakter dragen. Omdat zij hierdoor, in tegenstelling
tot de overige bepalingen van deze verordening, systematisch een enigszins
verwarrend beeld zouden kunnen oproepen indien zij op verspreide plaatsen
zouden zijn opgenomen, geven wij er de voorkeur aan deze gezamenlijk in
artikel 1 onder te brengen.
Toegevoegd is de mogelijkheid om in de huurovereenkomst van de verordening
afwijkende bepalingen op te nemen, welke uiteraard duidelijk aangegeven
dienen te worden.
Artikel 2 (oud artikel 2).
De verhuurder is steeds de gemeente Leeuwarden. Uit de Verordening beheers
bevoegdheden van de Commissie voor het Woningbedrijf blijkt wie namens de
gemeente in de concrete gevallen de verhuurbevoegdheid uitoefent; Burge
meester en Wethouders dan wel de Commissie voor het Woningbedrijf..
Artikel 5 (nieuw).
Hier wordt tot uitdrukking gebracht, dat de bepalingen van de (model^uur-
overeenkomst als één geheel beschouwd moeten worden met die van de huur
verordening, tenzij deze koppeling uitdrukkelijk niet wordt bedoeld.
Artikel 4 (oud artikel 5).
Het eerste lid van artikel 4 van het ontwerp is vrijwel gelijk aan het eer
ste lid van het bestaande artikel 5; daaraan is slechts toegevoegd, dat
ook de bijkomende kosten bij vooruitbetaling verschuldigd zijn.
In het tweede lid van artikel 4 is ten opzichte van het tweede en derde lid
van artikel 5 gekozen voor een wat eenvoudiger redactie, omdat aangenomen
mag worden dat de thans voorkomende wijzen van betaling algemeen ingang
hebben gevonden.
Artikel 5 (oud artikel 7).
Hoewel in de praktijk het bestaande artikel 7 nooit is toegepast, is het ons
inziens gewenst ook in de nieuwe verordening een boetebepaling op te nemen,
vanwege de wellicht bestaande preventieve werking welke van dit artikel
uitgaat. Verder is in het voorgestelde artikel overgegaan van "week op maand",
omdat thans uitgangspunt is dat de percelen per maand worden verhuurd.
Artikel 6 (oud de artt. 9< 10» 11» 12 en 1^).
Nieuw is het gestelde in het tweede lid, onder b, betreffende het betreden
van het dak; een dergelijke bepaling wordt noodzakelijk geacht, o.m. in
verband met het plaatsen van antennes.