De bescherming van de huurder strekt zich uit tot de eerdergenoemde periode van vijf jaar. Echter ook nadat deze periode is verstreken, is het voor de gemeente niet altijd even gemakkelijk om de huurder, na opzegging van het contract, uit het pand te krijgen. In bepaalde gevallen verklaart de rechter, op verzoek van de huurder, de opzegging nietig en loopt het huurcontract door totdat tien jaren zijn verstreken na de aanvang van de huur. Dit zijn de globale hoofdtrekken van het nieuwe systeem. Omdat een dergelijk dwingend stelsel echter in bepaalde gevallen de wet gever onredelijk voorkwam, is in de wet bepaald, naast de reeds genoemde mogelijkheid om te verhuren voor een kortere periode dan twee jaar, dat met toestemming van de rechter afwijkende bedingen, voor wat betreft de huurperiode en de opzegging, in het huurcontract kunnen worden opgenomen. Dit houdt in de praktijk in, dat het bijvoorbeeld mogelijk is om te bepalen, dat a. het perceel wordt verhuurd voor drie jaar; b. de verhuur geschiedt voor een tijdvak van één jaar, met stilzwijgende verlenging daarna van jaar tot jaar. De rechter is bij het geven van zijn toestemming wel gebonden aan één belangrijke voorwaarde, namelijk dat het geven van deze goedkeuring slechts op grond van de bijzondere omstandigheden van het geval mag worden gegeven. Het is beslist niet altijd mogelijk reeds vooraf te bekijken, of de rechter deze bijzondere omstandigheden aannemelijk zal achten. In het verleden is met succes getracht goedkeuring van de rechter te verkrijgen in een geval waarin de gemeente kon aantonen, dat het desbetreffende pand was aangekocht om het te zijner tijd af te breken ten behoeve van de verwezen lijking van stedebouwkundige maatregelen, verkeersvoorzieningen en dergelijke. Aangezien mag worden verondersteld, dat het grootste deel van de toekomstige verhuringen van bedrijfsruimten betrekking zal hebben op panden waarvoor hetzij rechterlijke toestemming voor wat betreft de huurtermijn etc., hetzij geen toestemming vereist is omdat het bedrijfsruimten betreft die buiten de dwingendrechtelijke bepalingen vallen, wordt in dit artikel geen vaste contractsperiode gehanteerd. Wat de groep betreft, waarvoor de wettelijke regels niet gelden, kan bijvoorbeeld gedacht worden aan opslag ruimten, administratieve kantoren, industriële bedrijven, groothandels bedrijven en pakhuizen. Dit is in elk geval de groep, waarvan niet gezegd kan worden dat er zich in de bedrijfsruimte bevindt een voor het publiek bestemd lokaal voor rechtstreekse levering van goederen of voor dienst verlening. Artikel 32 (oud artikel 29). De in het huidige artikel 29 genoemde zegelkosten worden in de nieuwe redactie niet overgenomen, omdat deze er niet meer zijn. Wel worden nu administratiekosten genoemd. Dit is gebeurd om met de corporaties tot een uniforme gedragslijn op dit punt te komen. Ook deze heffen administratiekosten bij afsluiting van het huurcontract. Artikel 33 (oud artikel 50 Dit artikel is ongewijzigd gebleven. Subsidiëren Stichting Sociaal Kultureel Werk voor de Jeugd in Leeuwarden ten behoeve van de exploitatie van een speel-o-theek. Bijlage no. 153 Leeuwarden, 24 maart 1977» Aan de Gemeenteraad. Het bestuur van de Stichting Sociaal Kultureel Werk voor de Jeugd in Leeuwarden heeft ons verzocht te bevorderen, dat vDor de exploitatie van een door haar opgezette speel-o-theek een jaarlijks subsidie beschikbaar wordt gesteld. De doelstelling van waaruit door de Stichting Sociaal Kultureel Werk met betrekking tot dit project wordt gewerkt, luidt als volgt: "De speel-o-theek stelt zich ten doel middels het geven van informatie over spelen, speelruimte en speelgoed en het uitlenen van speelgoed, spelletjes en literatuur over speelruimte en speelgoed de ouders bewust te maken van het belang van ruimte om te spelen en van speelgoed in de opvoeding van het kind. Om dit doel te bereiken zijn door het bestuur van voornoemde stichting een drietal secties opgericht, te weten: 1. De sectie speel-o-theek Bilgaard. 2. De sectie speelgoedkisten Leeuwarden. 3. De sectie stedelijke speelruimte. Ad. 1 Het doel van deze sectie is om in samenwerking met de Openbare Biblio theek een mogelijkheid te scheppen van waaruit speelgoed wordt uitgeleend aan in de eerste plaats gehandicapte kinderen. Door de Openbare Bibliotheek is in de wijk Bilgaard ruimte beschikbaar gesteld. Een aantal vrijwilligers hebben zich onder deskundige begeleiding bereid verklaard het uitlenen van speelgoed, het geven van informatie over speel goed en speelruimte, alsmede het adviseren over speelgelegenheden in de wijk op zich te nemen. Begin december j.l. is met de aktiviteiten gestart. De ervaringen tot nu toe opgedaan kunnen als gunstig worden aangemerkt. Ad.2. Het doel van deze sectie is het samenstellen en uitlenen van speelgoed kisten aan peuterspeelzalen en kleuterscholen. Het is de bedoeling, dat de peuter- of kleuterleidster, die beschikt over de nodige kennis van het kind en de thuissituatie van het kind uit de speelgoedkist speelgoed uitleent, dat het kind mee naar huis mag nemen, waardoor ook de ouders in het geheel kunnen worden betrokken en als gevolg daarvan kunnen worden voorgelicht over verantwoord speelgoed. Voorshands wordt uitgegaap van de aanschaf van een drietal speelgoedkisten, welke zijn ondergebracht bij de peuterspeelzaal Wielenpölle, de peuterspeel zaal Insulinde en de kleuterschool De Houtduif. Ad.5. Het doel van deze sectie is betrokken te worden bij het ontwikkelen van speelruimte voor kinderen in buurten en wijken in nauwe samenwerking met bewonersorganisaties. Verder wil men betrokken worden bij de planning, advisering en informatie over deze zaken. Daarnaast houdt de sectie zich be zig met het veranderen en verbeteren van bestaande speelruimten en het voor lichten van ouders daarover.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1977 | | pagina 311