-
IL-2-1
PAR2. BELEIDSSECTOR OPENBARE VEILIGHEID
A. Algemeen.
In het beleidsplan 1977-1981 maakten wij melding van de ontwikkelingen
met betrekking tot de reorganisatie van de politie in Nederland. Ge
constateerd moet worden dat sedertdien nauwelijks voortgang in deze
ontwikkelingen is geboekt. Duidelijk is wel dat er uiteindelijk een
verband zal moeten zijn tussen de reorganisatie van de politie en de
reorganisatie van het binnenlands bestuur. Op landelijk niveau spitsen
de discussies zich daarbij met name toe op de vraag aan welke bestuurs
laag de politie moet worden aangehaakt, n.l. of de politie zal gaan
behoren tot de taak van de provincies nieuwe stijl dan wel zal blij
ven behoren tot de functies van het lokale bestuur.
Ook ten aanzien van de samenwerkingsregelingen in het kader van
artikel 30 van de Politiewet is weinig vooruitgang geboekt. Wel hebben
deze ontwikkelingen in Friesland ruime aandacht. In de provinciale
politie-adviescommissie wordt bestudeerd op welke wijze concrete
aanbevelingen voor deze vorm van samenwerking kunnen worden gedaan.
Het gaat evenwel om een complexe materie zodat op korte termijn
nauwelijks resultaten te verwachten zijn.
Ten aanzien van de gang van zaken in het Leeuwarder politiekorps
kan met voldoening worden geconstateerd dat de problemen welke zich
hebben voorgedaan tot een oplossing konden worden gebracht. In
ontstane vacatures in het hogere kader kon worden voorzien. Nadat
het gedurende een aantal jaren niet mogelijk was gebleken de
maximaal toegestane sterkte te realiseren is thans het stadium bereikt
dat alle vacatures zijn vervuld. Wel heeft dit tot gevolg gehad dat
een groot aantal jonge medewerkers in het korps is gekomen. Dit
vereist van de leiding van het korps veel aandacht voor begeleiding
en introductie. In Leeuwarden wordt dit thans zeer systematisch
aangepakt. Hoewel van officiële zijde bij herhaling(en vooral tijdens
de verkiezingscampagne) is gesteld dat uitbreiding van het politie
apparaat noodzakelijk is, moet worden geconstateerd dat daarvan
vooralsnog weinig is te merken. Uit een van de Minister van
Binnenlandse Zaken ontvangen mededeling is gebleken dat Leeuwarden
in 1978 op geen enkele uitbreiding mag rekenen. Gelet op de ontwikke
lingen en de verschillende mededelingen over de sterkte-uitbreiding
alsmede de steeds toenemende taken van het politie-apparaat was
gerekend op een uitbreiding van in ieder geval 4 man in 1978.