- 6 -
Artikel 18.
Het recht wordt bepaald op het bedrag, dat door de Minister van Volksgezond
heid en Milieuhygiëne wordt vastgesteld.
Wijze van heffing.
Artikel 19.
1De rechten krachtens deze verordening worden geheven bij wege van een
gedagtekende nota.
2. Het verschuldigde bedrag wordt in de nota vermeld.
3. Het model van de nota wordt vastgesteld door Burgemeester en Wethouders.
Tijdstip van betaling.
Artikel 20.
1. De rechten verschuldigd krachtens de artikelen 10, 12 en 14 van deze
verordening moeten bij vooruitbetaling worden voldaan.
2. De overige volgens de verordening verschuldigde rechten moeten worden
voldaan binnen 15 dagen na dagtekening van de nota.
HOOFDSTUK III.
Algemene bepalingen.
Artikel 21.
De rechten krachtens de bepalingen van deze verordening geheven, worden
vermeerderd met eventuele omzetbelasting.
Machtiging tot overdracht van bevoegdheden.
Artikel 22.
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeenteambtenaren aanwijzen,
die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige wette
lijke bepaling betreffende de heffing en invordering van de rechten.
Overdracht van bevoegdheid tot het verlenen
van afschrijving en uitstel van betaling.
Artikel 25.
1De Controleur der Gemeentebelastingen is bevoegd tot het verlenen van
afschrijving als bedoeld in artikel 17, eerste lid, van de Wet van 22
mei 1845, Stb. 22.
2. De Administrateur van het Markt-, Haven- en Slachthuisbedrijf is be
voegd tot het verlenen van uitstel van betaling als bedoeld in artikel
17, tweede lid, van de Wet van 22 mei 1845, Stb. 22.
3. Voor de berekening van interest als bedoeld in artikel 17, tweede lid
van de Wet van 22 mei 1845, Stb. 22, vinden de krachtens het tweede lid
van dat artikel gegeven maatregelen inzake rijksbelastingen overeenkom
stige toepassing.
- 7 -
Nakoming van verplichtingen.
Artikel 24.
De verplichtingen, als bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Alge
mene Wet inzake rijksbelastingen jegens burgemeester en wethouders, gel
den mede jegens door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der
gemeentelijke belastingen.
Datum inwerkingtreding en overgangsbepalingen.
Artikel 25.
1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1978.
2. Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening vervalt de
verordening op de heffing en invordering van slachthuisrechten, vastge
steld bij raadsbesluit van 9 oktober 1972, nr. 12375 - sedertdien ge
wijzigd -, met dien verstande dat zij van kracht blijft ten aanzien
van rechten, die voor dat tijdstip verschuldigd zijn geworden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.