- 2 -
Om medewerking aan het bouwplan te kunnen verlenen dient voor het
betrokken perceel een voorbereidingsbesluit te worden genomen. Met toe
passing van de z.g. anticipatieprocedure kan daarna een bouwvergunning
worden verleend, mits Gedeputeerde Staten vooraf verklaard hebben hier
tegen geen bezwaar te hebben.
III. De Fa. Jongbloed te Wytgaard, heeft een verzoek om vergunning ingediend
voor het oprichten van een ligboxenstal met een woning bij haar boerde
rij, Noardein 1, te Wytgaard. Het bouwplan is, voorzover het de woning
betreft, in strijd met het reeds vastgestelde, maar in verband met een
bij de Kroon ingesteld beroep, nog geen rechtskracht hebbende Bestem
mingsplan voor het buitengebied. De woning is n.l. buiten het ter plaat
se aangegeven bebouwingsvlak geprojecteerd en zal worden gebouwd op voor
agrarische doeleinden bestemde grond, waarop geen gebouwen mogen worden
gebouwd.
Uit stedebouwkundige overwegingen bestaan naar onze mening tegen
de bouw van deze woning evenwel geen bezwaren. Om aan dit bouwplan mede
werking te kunnen verlenen, zal voor dit perceel eveneens een voorberei
dingsbesluit moeten worden genomen.
Onder mededeling, dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening
over het vorenstaande is gehoord, stellen wij U voor ten aanzien van de
hierboven bedoelde plangebieden en genoemde percelen een voorbereidings
besluit, als bedoeld in artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
te nemen. Een concept-besluit vindt U hierna afgedrukt. De gebieden en
percelen zijn op de bij dat besluit behorende tekeningen nader aangegeven.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
W.J.G. Reumer
Secretaris.
No. 4095
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Overwegende, dat het wenselijk is met betrekking tot de hierna om
schreven gebieden en percelen een voorbereidingsbesluit te nemen;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 23 maart
1978 (bijlage no. 109);
gelet op artikel 21, eerste, tweede, derde en vierde lid van de Wet
op de Ruimtelijke Ordening;
BESLUIT:
I. te verklaren, dat bestemmingsplannen worden voorbereid voor:
a. het gebied begrensd door Archipelweg, Groningerstraatweg, Schierin-
gersloot, Schieringerweg, Esdoornstraat, Abeelstraat en Plataan
straat, nader aangegeven met een zwarte stippellijn op de bij dit
besluit behorende tekening nr. 20-8 (plan 't Heechterp);
b. het gebied begrensd door Dokkumer Ee, Oldegalileën, Tonslagerij,
Dokkumer Ee, de stadsgracht tot aan de Hoeksterpoortsbrug, Groninger
straatweg, Goudenregenstraat en Prof. mr. P.S. Gerbrandyweg, nader
aangegeven met een zwarte stippellijn op de bij dit besluit behoren
de tekening nr. 15-5 (plan Oldegalileën);
c. het gebied begrensd door Aldlansdyk, Wijde Greuns, Potmarge en
Drachtsterweg, nader aangegeven met een zwarte stippellijn op de
bij dit besluit behorende tekening nr. 13—6 (plan Wielenpolle)
d. het gebied begrensd door Dokkumer Ee, Pollepaed, Oan 'e Dyk, Pouwe-
dyk en Bonkesloot nader aangegeven met een zwarte stippellijn op de
bij dit besluit behorende tekening nr. 18-8 (plan Snakkerburen)
e. een perceel gelegen aan de Tesselschadestraat hoek Westersingel na
der aangegeven met een zwarte stippellijn op de bij dit besluit
behorende tekening nr. 23-13;
f. een perceel gelegen aan het Noardein, te Wytgaard, nader aangegeven
in rood op de bij dit besluit behorende tekening nr. 501-21.
II. voor de onder b en d bedoelde gebieden vast te stellen de volgende
voorschriften:
A. het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning
van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning)als bedoeld in arti
kel 14 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, de navolgende werken, geen
bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten
uitvoeren:
1. het aanleggen van opslagplaatsen en van parkeerplaatsen van auto's,
caravans en ander rijdend materiaal;
2. het opslaan of deponeren van een of meer gerede, onklare of aan hun
gebruik onttrokken machines, voer-, vaar-, of vliegtuigen of onderde
len daarvan, afbraakmateriaal, puin, vuilnis, oude metalen en andere
afgedankte of aan hun gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of pro-
dukten, nog bruikbaar materiaal, zoals bouw- en aannemersmateriaal,
werktuigen en konstructiemateriaal, balken, rails en dergelijke voor
werpen;
3. het aanleggen van aanmeergelegenheden, trailerhellingen en naar de
aard daarmede gelijk te stellen werken;