- 8 - Voor een analyse van het bedrag van 2.463.940,per tak van dienst en per hoofdstuk van de gemeentebegroting verwijzen wij IJ naar de ter inzage gelegde stukken. Een aantal meevallers in de dienst 1976 is van structurele aard. Deze meevallers werken door in de begrotingen voor 1977 en volgende jaren. Voor een groot gedeelte is in die begrotingen al rekening ge houden met deze structurele verbeteringen in het bijzonder voor wat betreft de ramingen voor 1978 en volgende jaren. Voor zover deze door werking nog niet is geraamd zal dit plaats vinden bij de eerstvolgen de bijstelling van het beleidsplan 1978-1982. Terzake wordt verwezen naar ons in bijlageno. 152 opgenomen voorstel. Het hierboven vermelde bedrag van 2.463.940,is samengesteld uit mutaties in de inkomsten en de uitgaven, die betrekking hebben op het dienstjaar 1976. Daarnaast moeten dë ramingen van een aantal posten worden gewijzigd in verband met inkomsten en uitgaven die betrekking hebben op 1975 en op eerdere jaren. Voor een deel worden deze ramingwijzigingen ontleend aan de staten van te verhalen en te betalen posten bij de rekening 1975. Verder berusten deze wijzigingen op na het samenstellen van ge noemde staten nader bekend geworden gegevens. In het ons in bijlage no. 99 van 1977 opgenomen voorstel tot het vaststellen van de eindwijzigingen van de begrotingen voor het dienstjaar 1975 is gesteld, dat rekening houdende met de resultaten tot en met 1974 er een saldireserve zou zijn van 645.000,Aan deze saldireserve zou dan nog 500.000,ten laste van de dienst 1975 worden toegevoegd. Inmiddels is gebleken dat de resultaten tot en met 1975 de raming met 2.456.000,te boven gaan. Deze meeval ler houdt in hoofdzaak verband met de volgende omstandigheden: - ontvangen van de verfijningsuitkering bodemgesteldheid over 1975 f 900.000,— - de uitkeringen voor het lager onderwijs zijn met terugwerkende kracht aanzienlijk verhoogd 1.000.000, - er hebben belangrijke restituties plaatsgevonden van door de gemeen te in de risicoreserves van de woningbouwcorporaties gestorte bedragen 380.000, - hogere opbrengst onroerend-goedbelasting over 1975 f 124.000,— Wanneer we rekening houden met de meevaller over oude dienst jaren en met het geraamde voordelige saldo over 1976 voorzoveel daaraan nog geen bestemming is gegeven komen we tot een bedrag van nog te besteden ruimte van ongeveer 6.000.000, Wij merken op, dat deze berekende ruimte met name voor wat betreft uitkeringen en bijdragen van het Rijk in meerdere gevallen is gebaseerd op veronderstelde ontvangsten. De ruimte van 6.000.000,is derhalve nog niet hard te noemen. Dit zal eerst het geval zijn, wanneer de veronderstelde van het Rijk te ontvan gen bedragen zullen zijn omgezet in reële vorderingen. Wij verwach ten, dat dit bij het afsluiten van het dienstjaar 1977 bet geval zal zijn. Gelet op de veronderstelde uitkomsten over 1977 menen wij verder, dat een onverwachte tegenvaller in nog te ontvangen inkomsten van het Rijk wel ten laste van de resultaten over 1977 kan worden gedekt. Van de te besteden ruimte van 6.000.000,is reeds aan 500.000,een bestemming gegeven voor het dekken ineens van de bijdrage S. fonds perdu aan het Universiteitsfonds. Voorts zal overeenkomstig ons in bijlage no. 79/1978 opgenomen voorstel de bijdrage S. fonds perdu Aö de bouwkosten van de parkeergarage van f 1.000.000,worden gedekt ten laste van de verwachte dienstre^ sultaten van de jaren v66r 1977» Wanneer we met deze claims reke ning houden blijft er nog een vrije ruimte over van 4.500.000,' Over een mogelijke besteding van het bedrag van 4.500.000 verwijzen wij TJ naar ons in bijlage no.147 opgenomen voorstel. Onder mededeling, dat de Commissie voor de financiën zich hiermede kan verenigen, stellen wij U voor de gemeentebegroting en de begrotingen van de takken van dienst voor het dienstjaar 1976 te wijzigen overeenkomstig de ter inzage gelegde ontwerp besluiten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden J.S. Brandsma Burgemeester W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1978 | | pagina 364