Daarnaast voert zij enkele "bezwaren aan van landschappelijke en stedebouwkundige aard (aantasting van het karakter als terp dorp, het tenietgaan van de nu aanwezige contrastwerking met de dichtbij aanwezige grootschalige stadsuitbreiding). Wij merken hierover het volgende op. De laatste jaren heeft regelmatig overleg plaatsgevonden tussen het gemeentebestuur en vertegenwoordigers van Lekkum over de uitbreiding van het dorp. Rekening houdend met de uitspraken welke daarbij van gemeentezijde met betrekking tot deze materie zijn gedaan, dient naar onze mening te worden vastgehouden aan een uitbreiding met een omvang zoals nu wordt voorgesteld. Een dergelijk beleid is de voortzetting van reeds eerder door de raad genomen beslissingen, zoals deze zijn vastgelegd in het structuurplan voor de gemeente (1e fase), de zgn. dorpennota en het bestemmingsplan voor het buitengebied. Het eerste plan is in 1974 aan Gedeputeerde Staten ter kennisneming toegezonden, het laatste is goedgekeurd bij haar besluit van 21 februari 1974. Wij zijn voorts van mening, dat de door de provincie gehanteerde beleidslijn met betrekking tot de uitbreiding der dorpen niet op Lekkum kan worden toegepast. Naast het voorzien in de plaatselijke behoefte aan woningen, is de beoogde uitbreiding - door de ligging van het dorp vlak tegen de stad en zelfs veel dichter daarbij dan Camminghaburen - als het ware van nature geschikt om te dienen als aantrekkelijk alternatief voor mensen die "onder de rook van de stad" landelijk willen wonen. De stedelijke voorzieningen komen niet in gevaar. Nagenoeg alle voorzieningen voor het dorp zijn en blijven in de stad. Op de hiervoor aangegeven wijze kan de beoogde uitbreiding het streven om de suburbanisatie tegen te gaan dienen. Daarbij zijn geen dure infrastructurele voorzieningen nodig. Onder meer kan gebruik worden gemaakt van de te verbeteren Lekkumerweg. Tevens komt ze tegemoet aan de leefbaarheid van het dorp. De geuite bezwaren van stedebouwkundige en landschappelijke aard kunnen wij niet delen. De wijze van uitbreiding aan de westzijde is zorgvuldig gekozen. Speciaal is ervoor gewaakt, dat, door middel van een zo open mogelijke bebouwing in de omgeving van de kerk het karakter van terpdorp onaangetast blijft. De aard en de omvang van de nieuwe bebouwing maakt het duide lijk, dat niet behoeft te worden gevreesd, dat de nu aanwezige con trastwerking met de dichtbij aanwezige grootschalige stadsbebouwing teniet wordt gedaan. Advies van de Raad voor de Volkshuisvesting. De Raad voor de Volkshuisvesting heeft over meergenoemd rapport advies uitgebracht. Het advies ligt ter inzage. Genoemde Raad stelt voor accoord te gaan met structuurmodel B met dien verstande dat van de 57 in dit model gedachte woningwet woningen een behoorlijk aantal zal worden gerealiseerd in de be schutte sfeer en dat de bouw van de verschillende categorieën woningen zoveel mogelijk gelijktijdig zal plaats vinden. Wij zijn het hiermede eens en stellen IJ derhalve voor er mede in te stemmen, dat deze mogelijkheid bij de uitwerking van het plan nader wordt onderzocht. - 5 - 6Financiële aspecten. In het rapport is voor de twee modellen een exploitatieopzet opgenomen. Uit de ramingen blijkt, dat in beide opzetten voor de diverse categorieën te bouwen woningen een acceptabele gemiddelde kavel- prijs kan worden verkregen. Gezien de wijze van renteberekening (op basis eindwaarde), zal elk jaar een bijstelling van deze kavelprijzen moeten plaats vinden. 7Keuze uit de modellen. Om de navolgende redenen blijkt uit overleg in de contact groep de voorkeur voor model B. - een concentrische opbouw van het dorp verdient de voorkeur; - de kerk met de naaste omgeving vormt duidelijk het middelpunt van het dorp; - het dorp krijgt mede door de voorgestelde geografische opbouw de mogelijkheid tot een betere eenheid te komen; - het gebied rondom begraafplaats en de haven (die tot de kern door dringt) krijgt meer een door velen gewaardeerde beslotenheid. Wij delen dit standpunt eh stellen daarom voor in principe te kiezen voor model B. Bij deze keuze dient in acht genomen te worden hetgeen hiervoor (onder de punten 1 en 4) met betrekking tot een viertal aspecten door ons is opgemerkt en voorgesteld (niet uit sluitend duurdere woningen langs de Dokkumer Ee, zuidelijke ont sluiting op het Mearsterpaed, parkeernorm 1,5 breedte van de zgn. openbare ruimte minimaal 7 m> geen trottoirs, geen piasbermen ten behoeve van de watergangen). 8. Verdere procedure. Nadat U een besluit hebt genomen, zullen de volgende stappen moeten worden ondernomen. - de beslissing van de raad ter kennis brengen van Gedeputeerde Staten van Friesland; - aan de dienst Stadsontwikkeling opdracht geven voor het ontwerpen van een bestemmingsplan op basis van het gekozen model in die zin dat: a. voor de 1e fase een gedetailleerd plan wordt ontworpen; b. voor de rest van het gebied (de fasen 2 en 5) een globaal plan wordt ontworpen (zie de betreffende kaarten in het rapport) Eén en ander dient plaats te vinden in samenwerking met de bewoners en zo mogelijk met potentiële bouwers (althans voorzover betreft het te detailleren deel en voor de woningwetwoningen en premiekoopwoningen)

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1978 | | pagina 140