- 2 - Voorts is de konsekwentie van de gevolge berekeningswijze, dat de in rekening te brengen grondprijs voor een woningwetkavel 16.175, (prijspeil medio 1978 en incl. B.T.W.) zal bedragen. Het tegenwoordige normbedrag voor een woningwetkavel bedraagt 13.500,-- incl. B.T.W. Het niet door lokatiesubsidie overbrugde verschil tussen deze bedragen, t.w. 1.451zal als overschrijding van het normbedrag worden geaccepteerd en derhalve een rol spelen in de huurprijsbepaling van de woningwetwoningen. In dit kader merken wij nog het volgende op. In de berekening van de minister sluit de exploitatie van het plan. Wij vrezen evenwel, dat er - bij ongewijzigd beleid ten aanzien van de woningdifferentiatie - tengevolge van de besnoeiing op de in onze exploitatie-opzet opgevoerde renteverliezen een tekort op het plan zal ontstaan. Het huidige lokatiesubsidie is vastgesteld voor het jaar 1978. Telkenjare wordt door het Rijk bezien of dit bedrag dient te worden aangepast. Bij de jaarlijkse vaststelling van het lokatiesubsidie zullen wij deze zaak nauwlettend in de gaten houden en zo nodig de minister van de noodzaak van aanpassing trachten te overtuigen. Tenslotte delen wij nog mede, dat de Commissie voor het Grond bedrijf over het vorenstaande is gehoord. IIDeelgebied I. aj__Ui twerkingsplan Op 27 juni 1977 hebt U de Richtlijnen en Randvoorwaarden voor het deelgebied I van de 1e fase van het plangebied vastgesteld. Op basis van dat stuk en met inachtneming van het globale plan is in nauw overleg met de betrokken woningcorporatie en ontwikkelings maatschappijen met hun architecten een ontwerp voor een gedetailleerde uitwerking van het globale plan opgesteld. De capaciteit van dit deelgebied bedraagt 341 woningen, als volgt verdeeld: 133 woningwetwoningen, 127 premiewoningen en 81 vrije sector. Voor verdere informatie verwijzen wij IJ kortheidshalve naar het voor IJ bij de stukken ter inzage gelegde plan. De commissie voor de Ruimtelijke Ordening heeft zich op 30 mei 1978 met het plan akkoord verklaard. In het kader van de anticipatie-procedure, zoals hierboven onder I a bedoeld, is het ontwerp-uitwerkingsplan met ingang van 9 juni j.l. gedurende veertien dagen voor een ieder ter inzage gelegd, onder mede deling dat gedurende die periode schriftelijk bezwaar bij ons college kan worden ingediend. Ingevolge de procedure-voorschriften van het globale bestemmings plan dient de Raad met de uitwerkingsplannen te hebben ingestemd, alvorens ons college bevoegd is deze plannen vast te stellen. Het ligt voor de hand dat het ontwerp-uitwerkingsplan thans in de Raad aan de orde wordt gesteld, nu het in ons voornemen ligt op basis van dat plan met toepassing van de anticipatieprocedure bouwvergunningen te verlenen. Het ter visie gelegde ontwerp wijkt op enkele details af van het ontwerp, dat in de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening is behandeld. Het aanvankelijke bouwplan voor de 133 woningwetwoningen is in die zin gewijzigd, dat de schakeling van de diverse typen uit kostenover wegingen is gewijzigd. Aangezien het uitwerkingsplan is geënt op dit bouwplan, moest ook het eerste worden aangepast. Voorts diende in verband met de hierna te noemen wijziging in de projektindeling voor het Bouw- en Aannemingsbedrijf Friesland een correctie in een bouw- grens te worden aangebracht. Tenslotte delen wij IJ mede, dat de Raad voor de Volkshuisvesting met het uitwerkingsplan akkoord is gegaan. In principe zijn er evenwel in de stedebouwkundige opzet geen veranderin gen aangebracht. Mochten tegen het ontwerp-uitwerkingsplan bezwaren worden inge bracht, dan zullen wij U daarvan onder toevoeging van ons commentaar in een aanvullende raadsbrief op de hoogte stellen. Bouwrijpmaken^ Met de aanleg van wegen en rioleringen in het deelgebied I is reeds begonnen. De aanvang met deze werkzaamheden kon niet langer worden uitgesteld zonder de geplande opleveringsdata van de woningen in dit gebied in gevaar te brengen. Met de aanbesteding van dit werk is de Commissie voor Openbare Werken op 9 januari 1978 akkoord gegaan. In de vergadering van 13 februari 1978 heeft de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening er mee ingestemd dat op basis van de toen voor handen zijnde verkavelings tekening van dit deelgebied werd overgegaan tot aanbesteding van deze werken. Van de zijde van het provinciaal bestuur waren eveneens geen bezwaren tegen het uitvoeren van deze werken vooruitlopende op de procedure tot vaststelling van het uitwerkingsplan. c. Bouwplannen^ Overeenkomstig Uw besluit van 27 juni 1977 hebben wij met de parti cipanten in deelgebied I (volgens de door U vastgestelde projekt- indeling 1e fase Camminghaburen) een samenwerkingsovereenkomst gesloten. Het betreft hier de Westland/utrecht Projektontwikkeling B.V. en het Bouw- en Aannemingsbedrijf Friesland B.V. Met de andere "grote" bouwer, t.w. de woningbouwvereniging Beter Wonen, is geen samenwerkingsovereenkomst gesloten. Op het bouwplan van deze woningcorporatie komen wij bij U terug in het kader van de mede werking aan woningwetwoningen overeenkomstig de Woningwet. Wij gaan er van uit dat de nog te voeren besprekingen over dit plan met de Inspecteur van de Volkshuisvesting op een zodanig tijdstip kunnen worden afgerond, dat deze aangelegenheid in Uw vergadering van 7 augus tus a.s. aan de orde kan worden gesteld. De WUPO heeft een bouwplan ontwikkeld voor 95 koopwoningen in de premiesector en 9 koopwoningen in de vrije sector. Het plan voldoet voor wat betreft vormgeving, situering en woning differentiatie aan de Richtlijnen en Randvoorwaarden en het ontwerp- uitwerkingsplan. In zoverre wijkt het plan af van de door U vastgestelde projektindeling voor de 1e fase van Camminghaburen, dat 3 woningen meer in de premie- en 1 woning meer in de vrije sector worden gebouwd. Naar onze mening is deze minieme afwijking acceptabel.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1978 | | pagina 37