overwegende, dat ingevolge artikel 48, eerste lid onder a van de Woningwet "bouwvergunning moet worden geweigerd, indien het "bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft niet zou voldoen aan de bouwveror dening; dat de beoogde uitbreiding is geprojecteerd achter de ter plaatse geldende achtergevelrooilijn, hetgeen ingevolge artikel 46 van deze verordening is verboden; dat artikel 48 onder h van evenbedoelde verordening de mogelijkheid biedt om ten behoeve van aan- en uitbouwen met geen grotere hoogte dan 4.5O meter vrijstelling van dit verbod te verlenen; dat de in artikel 48 van de bouwverordening aan Burgemeester en Wet houders gegeven bevoegdheid niet nader aan regels is gebonden, zodat bij de beoordeling van de vraag of al dan niet vrijstelling dient te worden verleend alle belangen in de overweging dienen te worden betrokken welke door het verlenen van de vrijstelling worden gediend of geschaad; dat het bouwplan strekt tot het volledig volbouwen van het bij boven bedoeld perceel behorend achtererf; dat hij met Burgemeester en Wethouders van opvatting is, dat het karakter van de bebouwing ter plaatse nog alle kenmerken van woonbebouwing in zich draagt en het vorenomschreven gebied naar zijn mening als een overwegend woongebied moet worden aangemerkt; dat de door appellante overgelegde lijst met panden die een andere functie vervullen dan wonen voornamelijk betrekking heeft op panden gele gen ten noorden van de Wijbrand de Geeststraat en niet op percelen in het meeromschreven gebied; dat naar zijn mening een volstrekte bebouwing van het achtererf van nadelige invloed is op het woonmilieu; dat aan handhaving hiervan zijns inziens overwegende betekenis moet worden toegekend; dat hieraan niet afdoet het betoog van appellante, dat door de voor genomen bebouwing een esthetisch geheel zal ontstaan en alles in het werk zal worden gesteld om eventuele geluidhinder te ondervangen; dat Burgemeester en Wethouders gezien het vorenstaande, terecht de gevraagde vrijstelling en mitsdien de vergunning hebben geweigerd, zodat het bestreden besluit moet worden gehandhaafd; gezien het advies van de Commissie van advies inzake beroepschriften ingevolge de Bouwverordening van 7 december 1978; gelet op de Woningwet; BESLUIT het beroep ongegrond te verklaren. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Aankoop diverse percelen. Bijlage no. 478. Leeuwarden, 7 december 1978. Aan de Gemeenteraad. Be eigenaren van de in onderstaande staat vermelde percelen zijn bereid deze eigendommen aan de gemeente te verkope'n voor de eveneens in deze staat genoemde prijzen. No. Plaatselijke aanduiding Kadastrale Grootte bekendheid van het perceel 1Oldegalileën 29 2. 1e Parkstraat 17 Leeuwarden, F 6061 Huizum, B 3751 Huizum, B 3753 Huizum, B 3752 (steeg) 165 m2 129 m2 110 m2 12 m2 Prijs 49-600,- 59.250,- 53.000,- De verwerving van deze percelen is voor de gemeente van belang, omdat zij zijn gelegen in een te saneren dan wel te rehabiliteren stadswijk. De waarde van deze percelen, alsmede de overige aan de verkopers toekomende vergoedingen, zijn getaxeerd door deskundigen. Wij achten de aankoopsommen, alsmede de bedingen waaronder de eigen domsoverdrachten overigens kunnen plaatsvinden, aanvaardbaar. De hiervoor omschreven percelen zijn op de ter inzage gelegde teke ningen roodomlijnd dan wel roodgekleurd aangegeven. Wij geven U in overweging te besluiten overeenkomstig de hierna afge drukte ontwerpen. De instemmenoe adviezen van de Commissie voor het Grondbedrijf zijn mede ter inzage gelegd. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. W.J.G. Reumer Secretaris. - 2 - 3. 1e Parkstraat 19

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1978 | | pagina 205