7-2
B. Brandweer
P 286. In het Beleidsplan 1978—
1982 bent II tot de con
clusie gekomen, dat de uit
breiding van de sterkte
van het brandweerkorps
noodzakelijk is teneinde
over een verantwoorde be
zetting bij het uitrukken
van brand en andere voor
vallen te kunnen beschikken.
Door middel van vrijwil
ligers wilde U deze pro
blemen oplossen. Welke
concrete maatregelen denkt
U te treffen indien blijkt,
dat het aantrekken van
vrijwilligers niet lukt?
C 287. f schat in over 1979 dertig
leden bij de vrijwillige
brandweer, is dit gezien de
weinige reacties op de ad
vertentie nog wel een duide
lijk haalbare doelstelling?
V 288. Wil het college ook overgaan
tot het aanstellen van vrij
willigsters bij de brandbe
strijding?
P 289» De animo om vrijwilliger te
worden bij de brandweer is
tot nu toe gering gebleken.
Wordt er bij eventueel aan
trekken van beroepskrachten
bij de brandweer ook gedacht
aan het openstellen van deze
functies voor vrouwen?
P 290. Welke termen acht U aanwezig om
het politiekorps wel boven de
toegelaten sterkte te for
meren, terwijl de sterkte
van het brandweerkorps be
wust beneden de richtlijnen
van het brandweerwezen wordt
gehouden. Acht U het brand
weerkorps minder relevant voor
de veiligheid van onze
burgers?
Ligt er een filosofie ten
grondslag aan deze discrepan
tie?
P 291Wat is volgens de inspectie van
het brandweerwezen een verant
woorde bezetting van het brand
weerkorps en welke bezetting
acht IJ verantwoord?
286/ Op grond van de tot dusver
287/ opgedane ervaringen moet
288/ verwacht worden, dat een
289/ aanvulling van de brandweer
290/ met vrijwilligers niet
291. mogelijk is. Bij nader over
leg met de leiding van het
korps en met de medezeggen
schapscommissie is gebleken,
dat men de voorkeur geeft
aan een uitbreiding van het
beroepspersoneel
Wij stellen ons voor geen
verdere oproepen voor vrij
willigers te plaatsen en de
beschikbare financiële ruimte
te gebruiken voor een
(overigens beperkte) uitbrei
ding van het beroepspersoneel
Het ligt in ons voornemen
tevens de mogelijkheid tot
het aanstellen van vrouwelijke
beroepskrachten bij de
brandweer te openen.
De inspectie van het brand
weerwezen acht een gelijk
tijdige bezetting van 21 per
sonen gewenst. Het zou aan
beveling verdienen dit aantal
ook daadwerkelijk te reali
seren.
Met de geplande uitbreidingen
zal de bezetting in 1979
16 personen bedragen.
Wij zijn voornemens dit aan
tal te brengen op 17 beroeps
krachten. Bij dit aantal kan
zoveel materieel worden inge
zet, dat een verantwoorde v
hulpverlening mogelijk is.
