- 6 -
Machtiging tot overdracht van "bevoegdheden.
Artikel 16.
Burgemeester en Wethouders kunnen één of meer gemeente-ambtenaren aan
wijzen, die in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van
enige wettelijke bepaling betreffende de heffing en invordering van de
rechten.
Overdracht van bevoegdheden tot het verlenen
van afschrijving en uitstel van betaling.
Artikel 17»
1De Controleur der Gemeentebelastingen is bevoegd tot het verlenen
van afschrijving van de rechten als bedoeld in artikel 17, eerste
lid, van de Wet van 22 mei 1845» Stbl. 22.
2. De Administrateur van de Dienst voor Reiniging en Brandweer is be
voegd tot het verlenen van uitstel van betaling van de rechten, als
bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Wet van 22 mei 1845, Stbl. 22.
3- Voor de berekening van de interest als bedoeld in artikel 17, tweede
lid, van de Wet van 22 mei 1845, Stbl. 22, vinden de krachtens het
tweede lid van dat artikel gegeven regelen inzake rijksbelastingen
overeenkomstige toepassing.
Wakomen van verplichtingen.
Artikel 18.
Burgemeester en Wethouders kunnen ambtenaren der gemeentebelastingen
aanwijzen, jegens wie de verplichtingen, als bedoeld in de artikelen 47,
50 en 51 van de Algemene Wet inzake rijksbelastingen mede gelden.
Naam, inwerkingtreding en overgangsrecht
Artikel 19-
1Deze verordening kan worden aangehaald als:
"Verordening reinigingsrechten 1979"-
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1979.
3. Met ingang van de in het tweede lid genoemde datum vervalt de Ver
ordening op de heffing en invordering van reinigingsrechten, vast
gesteld bij raadsbesluit van 4 april 1972, no. 840, goedgekeurd bij
Koninklijk Besluit van 29 mei 1972, no. 13, sindsdien gewijzigd, met
dien verstande, dat zij van kracht blijft voor de heffing van rechten
voor diensten die vóór de in het tweede lid genoemde datum zijn ver
leend.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Aankoop van het voormalig aanjaagstation Leeuwarden-Noord, staande aan de
Kampweg, van de N.V. Waterleiding Friesland.
Bijlage no. 418. Leeuwarden, 26 oktober 1978.
Aan de Gemeenteraad.
r
In verband met wijzigingen in de waterleidinginstallaties in de omge
ving van Leeuwarden heeft de N.V. Waterleiding Friesland het aan de Kamp
weg staande aanjaagstation Leeuwarden-Noord buiten bedrijf kunnen stellen.
Tegen deze opstal is een trafo van het gemeentelijk Elektriciteitsbedrijf
gebouwd. Alvorens het aanjaagstation met bijbehorende grond, groot 239
centiare, op de vrije markt te koop aan te bieden heeft de N.V. ons ge
vraagd of de gemeente belangstelling heeft voor overname van het onroerend
goed.
Aangezien bedoelde grond, welke op de ter inzage gelegde tekening
roodgekleurd is aangegeven, is gelegen in het tracé van de noordtangent
hebben wij met de N.V. onderhandeld over de prijs waartegen en de voor
waarden waaronder eigendomsoverdracht aan de gemeente zou kunnen plaatsvin
den. Zulks heeft thans geresulteerd in overeenstemming op basis van een
koopsom van 20.000,terwijl overigens de gebruikelijke bedingen kun
nen gelden.
Het advies van de Commissie voor het Grondbedrijf is mede ter inzage
gelegd.
Wij geven U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna af
gedrukte ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden.
J.S. Brandsma, Burgemeester.
W.J.G. Reumer, Secretaris.