I
I
No. 4437»
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 22 maart 1979 (bijlage no. 134);
BESLUIT
met J. Polstra en diens echtgenote J.M. Swart, beiden wonende te Leeuwar
den, Dorp 93een overeenkomst van ruiling van onroerend goed aan te
gaanwaarbi j
a. Polstra-Swart aan de gemeente Leeuwarden in eigendom overdragen een
gedeelte van het perceel, kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie B,
nummer 5432, geheel groot 795 centiare, met de op dit perceelsgedeelte
aanwezige opstallen, plaatselijk bekend Dorp 93» welk perceelsgedeelte
op de bij dit besluit behorende tekening met een rode omlijning is
aangegeven;
b. de gemeente Leeuwarden aan Polstra-Swart in eigendom overdraagt de op
de bedoelde tekening met een blauwe omlijning aangegeven (nog onbe
bouwde) gedeelten van de percelen, kadastraal bekend gemeente Huizum,
sectie B, nummers 5431 en 4827, met de daarop nog in opdracht van de
gemeente Leeuwarden door de N.V. Bouwfonds Nederlandse Gemeenten te
ontwikkelen en te stichten woning van het type B5 met berging en
garagezulks overeenkomstig de hiertoe nog tussen de gemeente
Leeuwarden en de N.V. Bouwfonds Nederlandse Gemeenten te sluiten
overeenkomst tot aanneming van werk, één en ander tussen partijen
voldoende bekend;
welke overeenkomst wordt aangegaan met gesloten beurzen en verder onder
de volgende bedingen:
1het te ruilen onroerend goed wordt overgedragen met alles wat daarop
of daarin aanwezig is, voorzover door de wet als onroerend aangemerkt
wordende en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en
daaraan verbonden rechten, doch vrij van huur, hypotheek en beslag;
2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van
ruiling;
3. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen, welke
van de te ruilen eigendommen met opstallen worden geheven, voor
rekening van de verkrijgers;
4. partijen zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens
uitwinning;
5- partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als
bedoeld in de artikelen 1502 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek;
6. de begrenzing van de te ruilen eigaxbmmai zal ter plaatse worden aan
gegeven door de landmeetkundig ambtenaar van de Dienst Stadsontwikke
ling der gemeente Leeuwarden, waarna via ambtshalve plaatsvindende
kadastrale opmeting de oppervlakte daarvan definitief zal worden vast
gesteld; deze vaststelling kan partijen geen aanleiding geven wegens
eventueel te constateren over- of ondermaat alsnog een toegift te
vorderen;