m
I
v1
vw
ft •-
Medewerking aan de opstelling van een basisrecreatieplan voor het Friese
Merengebied.
Bijlage nr. 68. Leeuwarden, 8 februari 1979
Aan de Gemeenteraad.
Het Bestuur van het Recreatieschap voor het Priese Merengebied "De
Marrekrite" heeft ons verzocht mee te werken aan de opstelling van een
basisrecreatieplan voor het Priese Merengebied met uitzondering van Zuid
west Friesland. Voor dat gebied namelijk laat het gelijknamige samenwer
kingsorgaan eveneens een basisrecreatieplan opstellen.
Met betrekking tot bovengenoemd verzoek merken wij het volgende op.
In de op 2 december 1977 gehouden algemene vergadering van het recreatie
schap is besloten aan het ingenieursbureau "Oranjewoud" opdracht te ver
lenen tot het vervaardigen van dit basisrecreatieplan onder begeleiding
van een drietal werkgroepen, waarin o.m. de belanghebbende gemeenten zit
ting hebben.
Hiervoor is subsidie aangevraagd bij het Ministerie van Cultuur, Recreatie
en Maatschappelijk Werk.
Kortgeleden heeft het Ministerie van C.R.M. het recreatieschap-laten weten
het op prijs te stellen, dat ook de gemeente Leeuwarden meewerkt aan de
opstelling van het basisrecreatieplan, omdat onze gemeente als "uitzend-
gemeente" van recreanten eveneens belanghebbende is bij het op te stellen
plan. Hierbij komt, dat bij deelname de dagrecreatieve activiteiten van
bovenlokaal niveau in onze gemeente onderwerp van studie en aanbeveling
zullen zijn.
Wij achten het van belang, dat de gemeente Leeuwarden deelneemt aan de
ontwikkeling van dit plan, daar, door de uitvoering van het noordelijk
deel van het Groene Stergebied een steeds grotere druk op dit gebied ont
staat, de stad Leeuwarden een belangrijke schakel is in de route vanuit
het merengebied naar de Lauwersmeer èn Leeuwarden, zoals hierboven reeds
vermeld "uitzendgemeente" van recreanten is.
Met betrekking tot het ten laste van de gemeente Leeuwarden komende deel
van de kosten voortvloeiende uit de opstelling van voornoemd plan merken
wij nog het volgende op.
De totale plankosten bedragen 250.160,Inmiddels heeft de staats
secretaris van C.R.M. een rijksbijdrage van 75% van de geraamde kosten in
het vooruitzicht gesteld. De Provincie besloot eveneens een bijdrage te
verlenen van ï2jf/o van de geraamde kosten tot een maximum van 51*270,
Ten laste van het recreatieschap resteert derhalve een bedrag van
51 .270,— (12^96 van 250.160,
Deze lasten dienen te worden gedragen door de in het onderzoeksgebied ge
legen gemeenten in verhouding tot hun jaarlijkse bijdrage aan het recrea
tieschap.
Op basis hiervan dient de bijdrage van onze gemeente gesteld te worden
op 4 x 51*270,7*820,(afgerond). Dit bedrag kan gedekt worden
ten laste van de post onvoorzien.