- 8 -
Dit betekent dat de exploitatie van de gemeentewerf nadelig wordt beïn
vloed. Dat is een nadelig gevolg voor het bedrijf omdat het eigendom is
van en beheerd wordt door de gemeentelijke overheid.
Dit zou namelijk niet het geval zijn indienheteen partikulier door de
gemeente ten behoeve van de stadsvernieuwing aan te kopen bedrijf zou
zijn geweest. In die gevallen komen in principe al le kosten voor vergoe
ding in aanmerking.
Naar ons oordeel is er alle reden om de minister te verzoeken in het on
derhavige geval de algemene regel van de I.S.R. niet toe te passen doch
meer de nadruk te leggen op het feit dat het hier in beginsel gaat om
een normale bedrijfsverplaatsing. In het onderdeel "Financiën" zullen
de geldelijke gevolgen van deze problematiek aan de orde komen.
3. Struktuurplan Schil-Oost
Een belangrijk deel van de rapportage voor het gebied Schil-Oost, is ont
leend aan het ontwerp—struktuurplan voor dit gebied. Dit ontwerp is opge
steld door een hiervoor in 1975 in het leven geroepen projektgroepDe ver
keersproblematiek was de oorzaak dat dit ontwerp tot op heden niet aan u
ter vaststelling kon worden aangeboden. Nader onderzoek bleek noodzakelijk
met name op het punt van de verkeersafwikkeling binnen de diverse gebie
den. De vaststelling van het verkeersstruktuur- en uitwerkingsplan op 29
en 30 mei 1978 betekende dat die studie geënt diende te zijn op de in dit
plan begrepen hoof dstruktuurAan die uitwerking wordt momenteel gewerkt en
de resultaten zullen binnenkort bekend worden.
Aangezien de aanwijzing tot stadsvernieuwingsgebied zich beperkt tot de
hoofdlijnen en het verschaffen van globale gegevens behoeft de uitwerking
van de interne verkeersstruktuur niet ingebracht te worden, doch kan deze
meegenomen worden in de uitvoeringsplannen voor de onderscheiden gebieden.
Indien u overeenkomstig ons voorstel besluit de Schil-Oost aan te wijzen'
als stadsvernieuwingsgebied in de zin van de I.S.R.is naar ons oordeel
het vaststellen van een struktuurplan als bedoeld in artikel 7 van de Wet
op de Ruimtelijke Ordening een achterhaalde zaak geworden.
Door het aanwijzingsbesluit liggen immers de hoofdlijnen voor de toekom
stige ontwikkeling vast, hetgeen eenzelfde effekt heeft als het vaststel
len van een struktuurplan.
4Nadere onderzoeken
Het feit dat de I.S.R. beoogt de stadsvernieuwing te plaatsen tegen de ach-
tergrond van een integrale gezondmaking, waarbij de diverse funkties tegen
elkaar afgewogen worden," brengt met zich mee dat verschillende departemen
ten daadwerkelijk betrokken zijn bij het geheel. Uit dien hoofde worden de
nodige voorwaarden gesteld waar de aanwijzing aan dient te voldoen.
Voorwaarden die tot doel hebben de verschillende noodzakelijk geachte
werkzaamheden te stoelen op onderzoeken. Ook op dit punt was de beschikba-
tijd te gering om al die onderzoeken bij de aanwijzing m te brengen.
Er is volstaan met waar mogelijk een deelonderzoek dat in de verdere plan
ontwikkeling uitgebreid zal worden, dan wel met globale indikaties. Boven—
staande heef"! met narij' bel rekking op de nspek t en we I z i j n d iI r i bul i e-p I n-
nologie en milieuhygiëne.
a. Welzijn
Bij de uitvoeringsplannen behoort een welzijnsplan, waarbij het gehele
welzijnsveld binnen het gebied onderwerp van beschouwing moet zijn ge
weest
De behoefte van de gehele bevolking moet verder aan een prioriteitsstel
ling van het plan ten grondslag liggen. De toetsingskriteria zijn niet
alleen ontleend aan de I.S.R. - de akkommodaties moeten een wijk- of
buurtgebonden karakter hebben - maar ook aan de ontwerp kaderwet speci
fiek welzijn en de daarmee samenhangende welzijnsplanning.
De I.S.R. gaat uit van het zogenaamde territoraliteitsbeginselwelke
voorzieningen nodig zijn voor het betreffende gebied. De Kaderwetplan
ning legt meer de nadruk op de aanwezigheid, onderlinge samenhang, en
afstemming van voorzieningen in relatie tot de doelgroepen waarvoor ze
bestemd zijn en de aktiviteiten waarvoor ze worden benut (funktionele
planning). Zo zijn de rijksbijdrageregelingen, die vooruitlopen op de
kaderwetplanning, gecentreerd rond funkties als gekoërdineerd bejaar-
denwerk, sociaal-kultureel werk, maatschappelijke hulp-en dienstverle
ning en dergelijke. De vraag welke voorzieningen op welke plaats nodig
zijn kan eerst uitputtend worden beantwoord in het kader van het tot
standkomen van een gemeentelijk welzijnsplanHieraan zal een brede in
ventarisatie van wensen en behoeften ten grondslag moeten liggen waar
over alle vormen van maatschappelijk en partikulier initiatief zich
moeten kunnen uitspreken.
Momenteel worden er voorbereidingen getroffen om een onderzoek in te
stellen dat een deel van de benodigde gegevens aan het licht zal bren
gen. Het resultaat daarvan zal materiaal opleveren ter verfijning van
de in de voorliggende rapportage opgenomen globale indikaties voor so-
ciaal-kulturele voorzieningen.
Overigens blijven wij van mening dat, gezien het vorenstaande de in het
kader van de I.S.R. voorgeschreven planopzet op gespannen voet staat en
in sommige gevallen onverenigbaar is met de welzijnsplanning die in de
rijksbijdrageregelingen (en uiteindelijk in de Kaderwet) wordt voorge
schreven.
In het kader van de onderhavige rapportage is een prognose gemaakt van
de benodigde akkommodaties op buurt- en wijkniveau aan de hand van een
aantal vuistregels. Gekonstateerd kan worden dat de Schil-Oost, indien
getoetst aan deze voorlopige en globale wijknormen per saldo voldoende
akkommodatieruimte heeft.
Een en ander is verder uitgediept per wijk/buurt. Daarbij moet worden
aangetekend dat, wegens het nog niet voorhanden zijn van eerdergenoem
de onderzoekgegevens ten behoeve van het integrale gemeentelijke wel-
zijnsplan, nog geen korrektie op deze oppervlaktenormen heeft kunnen
plaatsvinden aan de hand van kennis omtrent de exacte aktiviteitensoor-
ten die in de toekomst in de akkommodaties zullen gaan plaatsvinden en
de groepen die daarvan gebruik gaan maken.
In sommige wijken dienen de voorzieningen aangepast te worden, in ande
re uitgebreid en weer andere wijken zullen zelfs een geheel nieuwe ak-
kommodatie nodig hebben. Getracht is een indikatie te krijgen van de
met deze akkommodaties gemoeid zijnde investeringen aan de hand van m2-
prijzen. Het zal duidelijk zijn dat deze ramingen een globaal karakter
hebben en eerst nader gespecificeerd kunnen worden aan de hand van te
maken schetsontwerpen.
In het gebied Oldegalileën, dat als uitvoeringsgebied wordt aangemerkt
is de situatie met betrekking tot akkommodaties op zowel stadsniveau
als op wijk- en buurtniveau niet ongunstig. Voor diverse buurtaktivi-
teiten is het echter gewenst dat het huidige vooral als projektbureau
in gebruik zijnde pand Oldegalileën 129 wordt aangepast en geschikt ge
maakt om te kunnen funktioneren als buurtcentrum. De plaats van het pand
is zondermeer gunstig, gezien de goede bereikbaarheid vanuit de gehele
buurt, parkeermogelijkheden en de direkte nabijheid van het groengebied
Mariahof