No. 17446
DE RAAD VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 29 november
1979 (bijlage no. 515);
BESLUIT
zijn besluit van 29 januari 1979, no. 862, inzake opheffing van de ge
meentelijke kleuterschool "De Spreeuw", Boerhaavestraat 77, alhier, in
te trekken.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Het stichten van een nieuw gebouw ten behoeve van de openbare school voor
voortgezet 6uitengewoon_onderwijs_aan_moeilijk_lerende_kinderen.
Bijlagenr. 516 Leeuwarden, 29 november 1979*
Aan de Gemeenteraad.
Tot 1 januari 1978 waren aan de Arendstuinschoolopenbare school
voor buitengewoon onderwijs aan moeilijk lerende kinderen, afdelingen
voor voortgezet buitengewoon onderwijs verbonden. U besloot destijds
deze afdelingen met ingang van genoemde datum op te heffen en gelijktij
dig een zelfstandige school voor voortgezet buitengewoon onderwijs aan
moeilijk lerende kinderen te stichten.
Deze school is bij wijze van noodvoorziening tijdelijk gehuisvest
in het gemeentelijk schoolgebouw Tweebaksmarkt 44, terwijl een depen
dance is ondergebracht in een aantal lokalen van het schoolgebouw Speel
mansstraat 13, dat eigendom is van de Algemene Vereniging voor Beroeps
onderwijs te Leeuwarden.
Het gebouw Tweebaksmarkt 44 dateert van 1912 en is van oorsprong
bestemd voor het gewoon lager onderwijs. Het gebouw, dat technisch in
redelijke staat verkeert, is aan de west-, zuid-, en oostzijde volledig
ingesloten door de omliggende bebouwing. Het speelplein ligt aan de
noordzijde. De indeling van het gebouw is zodanig, dat adequate brand
veiligheidsvoorzieningen niet kunnen worden getroffen. Het heeft voorts
niet de nevenruimten, die voor een VBO(MLK)-school noodzakelijk zijn;
evenmin kan hierin binnen de bestaande ruimte worden voorzien. Een eigen
gymnastieklokaal ontbreekt. Het gebouw voldoet gezien het vorenstaande
volstrekt niet aan de te stellen eisen.
Op een loopafstand van ca. 1000 meter van de hoofdvestiging is in
het gebouw Speelmansstraat 13 een dependance gehuisvest. In dit gebouw
is tevens een dependance van de Eerste Leeuwarder Huishoud- en Nijver
heidsschool ondergebracht. Het is gelegen in een gebied, dat U in 1976
als rehabilitatiegebied hebt aangewezen. Een goede rehabilitatie houdt
in, dat grootschalige gebouwen als het onderhavige moeten verdwijnen.
Om deze reden hebben wij er bij de Minister van Onderwijs en Wetenschap
pen op aangedrongen medewerking te verlenen bij het verkrijgen van ver
vangende huisvesting voor de dependance van de genoemde huishoud- en
nijverheidsschool en te bevorderen, dat het gebouw Speelmansstraat 13
ten behoeve van de voorgenomen rehabilitatie aan onze gemeente in eigen
dom wordt overgedragen.
De huisvesting van de VB0(MLK)-school in twee niet-adequate gebouw
en, waarvan één bovendien binnen afzienbare tijd zal moeten worden afge
broken, maakt de totstandkoming van een nieuw schoolgebouw in hoge mate
urgent. De noodzakelijke nieuwbouw kan worden gerealiseerd op een deel,
ter grootte van 3750 a 4500 m2, van het op de ter inzage gelegde teke
ning roodomlijnd aangegeven terrein aan de Tylkedam.
Het gemiddelde aantal leerlingen, dat de school c.q. afdelingen, in
de jaren 1973 t/m 1977 bezocht, bedroeg respectievelijk 48, 59, 55, 38,5
en 55,5» In 1978 toen de afdelingen VBO voor jongens en meisjes in een
zelfstandige school werden samengebracht werd het gemiddelde 60,3be
school telt thans 62 leerlingen. Kan er enerzijds rekening worden ge
houden met een geboortedaling, anderzijds blijkt, dat gewijzigde maat
schappelijke omstandigheden ertoe hebben geleid, dat relatief meer kin
deren dan voorheen buitengewoon onderwijs behoeven. Op grond hiervan kan
de gemiddelde schoolbezetting gedurende de eerstkomende vijf jaren op
60 worden gesteld. Voor de langere termijn (tot 1994) moet naar onze
mening rekening worden gehouden met een teruggang van het aantal leer
lingen met 1 a 2 per jaar, zodat in 1994 en volgende jaren het aantal
leerlingen zich op 45 zal stabiliseren.
Wij zijn van oordeel, dat voor het bepalen van de omvang van het
te realiseren schoolgebouw moet worden uitgegaan van het aantal leer-