II-15-1
PAR. 15. OVERIGE UITGAVEN EN INKOMSTEN.
A. Algemeen.
Tot deze beleidssector behoren de uitgaven en inkomsten die niet
tot andere beleidssectoren kunnen worden gerekend. Onder de uit
gaven en inkomsten komen posten voor, waarvan niet bekend is tot
welke beleidssector(en) ze zullen gaan behoren. Zolang de functio
nele bestemming nog niet bekend is worden de te ramen bedragen in
de vorm van stelposten in beleidssector 15 geraamd. De overschot
ten van deze beleidssector en die van de beleidssector Nutsbedrij
ven dienen ter dekking van de tekorten op de overige beleidssec
toren.
B. Toelichting per volgnummer.
Risico-reserve (ongenummerd).
De stand van de risico-reserve wordt per 1 januari 1980 geraamd op
15.500.000,Het verschil tussen de standen van de reserve per
1 januari 1979 en 1980 van 500.000,moet worden gezien als een
inflatiecorrectie. Wij merken hierbij op, dat voorzover de stand
van de risico-reserve per 1 januari 1980 het bedrag 15*500.000,
te boven gaat, het meerdere wordt toegevoegd aan de reserve voor
extra afschrijving.
Onroerend-goedbelastingen (volgnr. 614).
De belastbare waarden voor de onroerend-goedbelastingen zullen met
ingang van het belastingjaar 1980 volgens de wettelijke voorschrif
ten opnieuw moeten worden gewaardeerd. Op korte termijn kan een nota
worden tegemoet gezien met betrekking tot deze herwaardering.
De kosten van de invoering van de onroerend-goedbelastingen zijn in
1979 afgeschreven. In verband hiermede vindt met ingang van 1980
een belangrijke vermindering van de lasten plaats, wegens het ver
vallen van rente en afschrijving van genoemde kosten.
Reservering correcties wegens taxatiefouten (volgnr. 642).
De begrotingen en het beleidsplan moeten elk jaar in een zeer vroeg
stadium worden opgemaakt. Hierdoor is het mogelijk dat situaties ver
keerd worden beoordeeld. Voor het opvangen van de financiële conse
quenties, die uit correcties wegens taxatiefouten voortvloeien wordt
voor het begrotingsjaar 1980 100.000,gereserveerd en voor de