No. 17402. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 29 november 1979 (bijlage no. 511 BESLUIT I. aan te kopen van de Stichting Gabbema Gasthuis, gevestigd te Leeuwarden, het perceel met opstallen, plaatselijk bekend Wijbrand de Geeststraat 42 (het Abbe Freerks Gabbemagasthuiskadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G, nummer 13208, groot 1.882 ca, welk perceel op de bij dit besluit behorende tekening roodomlijnd is aangegeven, voor een prijs van in totaal 1,en voorts onder de volgende bedingen: 1het onroerend goed wordt overgedragen met alles wat daarop of daarin aanwezig is, voorzover door de wet als onroerend aange merkt wordende, en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij van hypotheek en beslag; 2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van overdracht; 3. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen, welke van het over te dragen perceel met opstallen worden ge heven, voor rekening van de gemeente Leeuwarden; 4. de verkoopster is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uitwinning; 5. de gemeente Leeuwarden verplicht zich binnen 5 jaren na de eigendomsoverdracht het onroerend goed te rehabiliteren en daar aan de bestemming van huisvesting van bejaarden te geven en die bestemming daadwerkelijk te effectueren; 6. de gemeente Leeuwarden verplicht zich voorts de onder beding 5 genoemde bestemming van huisvesting van bejaarden ononderbroken te handhaven gedurende tenminste 10 jaren, te rekenen van de dag van de daadwerkelijke effectuering van deze gebruiksbestem ming af; 7. bij niet of niet volledige nakoming van de onder bedingen 5 en 6 vermelde verplichtingen verbeurt de gemeente Leeuwarden, door het enkele feit van de niet-nakoming of het handelen in strijd met de nakoming, aan de verkoopster een onmiddellijk opeisbare boete van 500.000, 8. ook indien de gemeente Leeuwarden het onroerend goed mocht ver vreemden blijft zij er voor aansprakelijk, dat de onder de bedingen 5 en 6 genoemde verplichtingen door de opvolgende eigenaar van het onroerend goed worden nagekomen, onder verbeurte van de onder beding 7 vermelde boete; 9. slechts indien en voorzover de gemeente Leeuwarden aantoont, dat binnen het aaneengesloten tijdvak van 10 jaren het door gebrek aan belangstelling redelijkerwijs niet mogelijk is de bestemming van huisvesting van bejaarden volledig te effectueren en het daardoor, om een behoorlijke exploitatie mogelijk te maken, nodig is om ook andere categorieën dan bejaarden tot de huisvesting toe te laten, zal daardoor de onder beding 7 vermelde boete niet verschuldigd zijn; bij verschil van inzicht zal de meest gerede partij het terzake beslissend oordeel inroepen van de te Leeuwarden residerende Kantonrechter, die voor partijen bindend en in hoogste instantie beslist;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1979 | | pagina 7