I Inleiding
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 3 van de Vet op het Openbaar
Bibliotheekwerk (Stb. 1975» 118) dienen respectievelijk de gemeenten, de
provincies en het Rijk een driejarig plan voor de openbare bibliotheek
voorziening op te maken.
De gemeentelijke plannen fungeren hierbij als bouwstenen voor de provinciale
plannen, terwijl het Rijk op basis van de provinciale plannen een landelijk
plan vaststelt.
Plan 1980 - 1982
Bij raadbesluit no 5422 van 24 april 1978 stelde de Raad van de gemeente
Leeuwarden over de periode 1980 - 1982 zijn (eerste) bibliotheekplan vast;
Provinciale Staten van ftiesland sanctioneerden het provinciaale plan op
13 juni 1979; het landelijk plan werd tenslotte op 28 december 1979 in het
Staatsblad gepubliceerd,.
Ten aanzien van het concept—provinciale plan 1980 - 1982 tekende het College
van Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden indertijd bezwaar aan tegen de
prioriteit, welke aan het te realiseren filiaal Camminghaburen werd toege
kend, Als reactie hierop hebben Gedeputeerde Staten de prioriteitenbepaling op j
zodanige wijze aangepast dat het geplande filiaal toch de verlangde urgentie
codering B kreeg toegewezen in het definitieve provinciale plan; dit houdt
in dat het filiaal Camminghaburen op de nominatie werd gezet tussen 1 januari
1980 en 31 december 1982 tot stand te worden gebracht. De overige relevante
gegevens van het gemeentelijk bibliotheekplan werden ongewijzigd overgenomen
in het provinciaal plan:
het filiaal Schieringen werd aangemerkt als te realiseren object voor 1980
(urgentie a)
met de urgentie c (realisering na. 1982) werden de volgende objecten van
openbare bibliotheekvoorziening toebedeeld:
1, Leeuwarden-West (Westeinde)
2, Leeuwarden—Zuidoost AldlSn)
Het'landelijk plan dat o,m, aangeeft welke nieuwe objecten in de jaren 1980,
1981 en 1982 tot stand moeten worden gebracht heeft in tegenstelling tot het
provinciaal plan het filiaal Camminghaburen in de prioriteitsvolgorde buiten
beschouwing gelaten; wel werd het filiaal Schieringen opgenomen in de lande
lijke inventarisatie, waardoor aan het bibliotheekwerk in de gemeente Leeu
warden 4 van de 6 beschikbare formatieplaatsen voor de provincie Rriesland
werden toegekend.
Naast de nieuwe objecten geeft het landelijk plan tevens aan welke bestaande
objecten voor een rijkssubsidie in aanmerking komen. Helaas moet geconstateerd
worden dat de mobiele filialen van Leeuwarden niet opgenomen zijn in het
landelijk plan. Daartegen heeft de Vereniging Openbare Bibliotheek Leeuwarden
een bezwaarschrift ingediend.
Zolang hierover nog geen beslissing van de Raad van State voorligt houdt het