Wijkgezondheidscentrum Camminghaburen
Bijlage no. 138. Leeuwarden, 19 maart 1981.
Aan de Gemeenteraad.
1.1. Door de op 16 juni 1976 geïnstalleerde Coördinatiegroep Camminghaburen,
waarvan de leden bestaan uit vertegenwoordigers van de functionele
raden, is in januari 1977 een nota "Welzijnsvoorzieningen in
Camminghaburen" uitgebracht, waarin een aantal voorstellen voor
sociaal-culturele en andere welzijnsvoorzieningen zijn neergelegd.
Door voornoemde coördinatiegroep is in deze voorstellen ondermeer
plaats ingeruimd voor een wijkgezondheidscentrum (W.G.C.).
Deze suggestie is door de gemeenteraad overgenomen in het op 19 december
1977 vastgestelde bestemmingsplan Camminghaburen.
De Commissie voor de Volksgezondheid achtte de mogelijkheid van
realisering van een gezondheidscentrum voor de wijk Camminghaburen
aanwezig (vergadering van 10 februari 1978). Ter voorbereiding van de
plannen voor een wijkgezondheidscentrum is door ons College in de ver
gadering van 26 juni 1979 een werkgroep wijkgezondheidscentrum Cammingha
buren ingesteld. In deze werkgroep, welke onder leiding staat van de
wethouder van Welzijnsaangelegenheden en Volksgezondheid hebben
naast ambtenaren ook afgevaardigden van organisaties welke werkzaam
zijn in de eerstelijnsgezondheidszorg, vertegenwoordigers van de
wijkbewoners en een vertegenwoordiger van het Ziekenfonds zitting.
Deze werkgroep heeft tot taak de voor de tot standkoming van het
wijkgezondheidscentrum, noodzakelijke voorbereidingen te treffen.
In het beleidsplan 1979-1983 staat het aldus: "Het beleid is er
op gericht in de wijk Camminghaburen te komen tot de oprichting
van een gezondheidscentrum".
De achtergrond van het initiatief om in Camminghaburen tot een
wijkgezondheidscentrum te komen is gelegen in de wens in te
spelen op nieuwe ontwikkelingen in de eerstelijnsgezondheidszorg.
Daartoe leent Camminghaburen zich het beste, aangezien de bewoners
van de andere wijken gebruik maken van reeds bestaande voorzieningen
Het vestigen van een wijkgezondheidscentrum in Camminghaburen moet
worden gezien als een experiment.
Tegen het eind van het 5e jaar na de startdatum zal het functioneren
van het wijkgezondheidscentrum in opdracht van het gemeentebestuur
worden doorgelicht. Aan de hand van de uitkomsten van deze evaluatie
zal worden beslist of en op welke wijze het wijkgezondheidscentrum zal
worden voortgezet.
1.2. Om het experiment van het wijkgezondheidscentrum niet op voorhand
te doen mislukken, heeft ons College in de vergadering van 16 januari
1979 besloten om in de verkoopvoorwaarden voor bouwterreinen in
Camminghaburen voortaan een beding op te nemen op grond waarvan het
niet toegestaan is zonder toestemming van ons College in de op die
terreinen te bouwen woningen het beroep van huisarts, tandarts,
fysiotherapeut of verloskundige uit te oefenen. Deze beperkende
voorwaarde kan komen te vervallen wanneer het wijkgezondheidscentrum
de eerste, kwetsbare, aanloopperiode achter de rug heeft.