In afwijking van hetgeen tot dusverre gebruikelijk was, zijn wij echter
thans van mening dat de bijstelling van het beleidsplen 1981-1985 in eerste
instantie beperkt dient te blijven tot het jaar 1981. De aanleiding tot deze
- in vergelijking met voorgaande jaren - afwijkende procedure wordt gevormd
door de voorlopige uitkomsten van het beleidsplan 1982-1986. Met het oog
op een verantwoorde afweging tussen de hierdoor noodzakelijk geworden beleids
ombuigingen en de als gevolg van allerlei ontwikkelingen gewenste bijstelling
van de jaren 1982-1985 uit het beleidsplan 1981-1985 achten wij een fasegewijz
bijstelling van het thans vigerende beleidsplan wenselijk.
De thans voorgestelde bijstelling van de begroting 1981 is samengevat in
de bij deze raadsbrief gevoegde bijlage. Ter toelichting hierop brengen wij
het volgende onder Uw aandacht.
Toelichting per beleidssector.
ALGEMEEN BEHEER.
Jaarwedden van de ambtenaren der Gemeentesecretarie (volgnr. 24)
Gelet op de verslechterende budgettaire positie van de gemeente hebben wij in
het kader van de bezuinigingsmaatregelen voorgesteld de in het beleidsplan op
genomen ruimte voor personeelsuitbreiding in de komende jaren, behoudens één
uitbreiding voor 1982, af te moeten voeren.
Aangezien toch aan de ernstigste knelpunten tegemoet zal moeten worden gekomen
en er oplossingen moeten komen voor incidentele taken/opdrachten, zijn wij van
mening dat er voorshands een stelpost moet worden geraamd waaruit de kosten
van tijdelijk personeel gedekt kunnen worden.
In verband met het opvangen van de gevolgen van langdurige ziektegevallen
en het oplossen van piekwerkzaamheden lijkt het ons, gelet op de praktijk
van de afgelopen jaren, gerechtvaardigd de post voor uitzendkrachten te ver
hogen tot 100.000,1-,
Voor het splitsen van bestaande banen in deeltijdbanen in de onrendabele
sectoren van de gemeentehuishouding is voor wat betreft de netto meerkosten
op de onderhavige begrotingspost dekking aanwezig tot een bedrag van 105.000,
Gelet op het tegenvallend beroep op deze piost en het waarschijnlijk vervallen
van het bestaande overbruggingsprobleem voor het I.Z.A. (24- uur minimum) per
l-l-'82 kan de raming thans al met 35.000,worden verlaagd.
Met ons voorstel bijlage nr, 83/1981 hebben wij U een krediet gevraagd
voor de kosten van de te houden arbeidskrachtentelling. Aangezien voor de
vergoeding van het Rijk voor binnendienstwerkzaamheden geen beroep op uitzend
krachten behoeft te worden gedaan, kan het terzake opgevoerde krediet met
17.000,worden verlaagd.
Adviezen (volgnr. 42)
Gelet op de feitelijke bestedingen en de noodzaak tot versobering zijn wij van
mening dat de adviezen van derden met in totaal 19.950,-- kunnen worden
verlaagd.
Gebouwen Stadhuis (volgnr. 62)
Middels de opstelling van een ander takenpakket voor wat betreft het schoonma :er
zal getracht worden een totale besparing te bereiken van 103.000,(zie ont
werp- dekkingsplan 1982-1986). Aangezien één en ander per 1 oktober 1981 geëf^ec
tueerd zal kunnen worden, kan voor het dienstjaar 1981 een besparing van
26.000,worden geraamd.
Dienstverleninq(volqnr. 5)
Voor personeelsbeheer ten behoeve van de Regio en de B.H.D. kan een vergoeding
van 500,per persoonslid worden geraamd. De genoemde bedragen worden
geindexeerd. In de vergoeding zijn niet begrepen elementen voor z.g. advieswe k
en kosten salarisadministratie de laatstgenoemde kosten worden afzonderlijk
in rekening gebracht).
OPENBARE VEILIGHEID.
Algemeen.
In oktober 1980 zijn nadere voorlopige normen vastgesteld voor de rijksver
goedingen voor personele en materiële uitgaven van gemeentepolitie. Voor
namelijk als gevolg van bezuinigingsmaatregelen van het rijk zal de vergoe
ding voor Leeuwarden voor personele uitgaven rond 302.000,en voor
materiële uitgaven rond 110.000,lager moeten worden geraamd. In verband
met het uitgangspunt dat, behoudens enkele uitzonderingen, de uitgaven van
de politie de inkomsten voor de politie niet mogen overschrijden, zijn in
deze bijstelling de ramingen voor de politie zodanig gewijzigd, dat de lagere
inkomsten volledig door lagere uitgaven dan wel door hogere inkomsten worden
gecompenseerd. Voor zover nodig volgt hierna nog een korte toelichting per
volgnummer.
Jaarwedden (volgnr. 74-)
Het rijk acht een halvering van het bestanddeel overuren in de normvergoeding
voor personele kosten mogelijk op grond van de sterkte-uitbreiding in de af
gelopen periode en in het begrotingsjaar 1981. Van deze uitbreiding heeft
Leeuwarden overigens niet kunnen profiteren. Niettemin zullen, om de lagere
inkomsten te kunnen compenseren, minder overuren moeten worden gemaakt. Het
aangegeven bedrag is ongeveer de helft van de oorspronkelijk geraamde kosten
voor overuren. Het spreekt vanzelf, dat een dergelijke ingreep consequenties
zal hebben voor de taakuitoefening van de politie. Dit geldt uiteraard ook
ten aanzien van de overige bezuinigingen.
Huisvesting (volgnr. 82)
Door een reorganisatie met betrekking tot de schoonmaakwerkzaamheden kan voor
1981 rond 50.000,worden bezuinigd.
Uit contacten met het Ministerie van Binnenlandse Zaken is ons gebleken dat
alsnog gerekend kan worden op een aanvullend subsidie in de bouwkosten van het
politiebureau van tenminste 500.000,Dit betekent een besparing op de
kapitaallasten van 12|% van dat bedrag of wel 62.500,
Uitrusting,bureaubehoeften, etc, (volgnr. 84- en 86).
Naar aanleiding van het gestelde onder "Algemeen" dient zowel op de geraamde
uitgaven voor verbindingsmiddelen als op die voor bureaubehoeften 5.000,
te worden bezuinigd.
Bijdrage rijk in de kosten van politie (volgnr. 27)
In de begroting 1981 was een stelpost geraamd met. het oog op de in het zicht
komende bezuinigingsmaatregelen van het rijk. Het bedrag daarvan was het
batig resultaat van een vorige begrotingswijziging, waarbij lagere uitgaven
voor de politie-opleidingsschool konden worden geraamd. Deze negatieve stel
post kan nu worden opgeheven, 10.120,
Bij brief van 19 februari 1981 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken zich
bereid verklaard de organieke sterkte van het gemeentelijk politiekorps
ingaande 1 januari 1981 met 1 persoon te verhogen van 162 tot 163. Tot dusver
was deze functionaris al extra in de sterkte opgenomen op grond van een
bijzondere toestemming van de minister. Het besluit van de minister houdt in,
dat voor deze functionaris thans ook de materiële normvergoeding wordt ont
vangen, hetgeen een meevaller betekent van 10.215,
RUIMTELIJKE ORDENING, OPENBARE WERKEN, VERKEER EN VERVOER
Dienst voor Stadsontwikkeling (volgnr. 158, resp. 73)
Door de herziening van een deel van de erfpachtscanons kan een hogere op
brengst geraamd worden van 173.000,(zie ons voorstel van 29 november 1979,
bijlage nr. 533).