3.2. II-1-3 in samenhang met een vermindering of afbouw van taken. Ter effectuering van leze maatregel is een vacature-commissie ingesteld met als leden de Burgemeester, (voorzitter)de wethouder van Personeelszaken, de gemeentesecretaris, het hoofd van de afdeling Personeelszaken en het hoofd van de afdeling Economische Zaken, beleidsplanning en Organisatie. Deze commissie is inmiddels werkzaam met als globale opdracht de vermindering van de formatie als volgt gefaseerd te doen /erlopen: n het jaar 1982 5 formatieplaatsen; n het jaar 1983 8 formatieplaatsen; n het jaat 1984 10 formatieplaatsen; n het jaar 1985 12 formatieplaatsen; n het jaar 1986 15 formatieplaatsen. ;et betrekking tot de samenstelling van het personeelsbestand hebben wij ge- onstateerd dat in de afgelopen jaren in toenemende mate gebruik is gemaakt an tijdelijk personeel en uitzendkrachten. Deze ontwikkeling is vooral het evolg van het aanvatten van nieuwe taken door de gemeente. Mede gelet op het eit, dat de voorgenomen herwaardering van diverse onderdelen van het gemeente- ijk beleid een aanzienlijk beslag zal leggen op de capaciteit van het ambte- jk apparaat, achten wij het noodzakelijk, dat nog stringenter dan tot dusver ent te worden overwogen of en zo ja welke nieuwe taken kunnen worden aangevat n de komende planperiode. evens zijn wij voornemens er op toe te zien dat geen uitzendkrachten en tij- elijk personeel worden ingezet voor het verrichten van structurele werkzaam- aden, maar uitsluitend voor het opvangen van incidentele pieken in de normale erkzaamheden en ingeval van langdurige ziektegevallen. ij zijn ons ervan bewust dat als gevolg van het bovengenoemde maatregelen- tkket onvermijdelijk een grote druk zal ontstaan op de bestaande personeels- rmatie. Teneinde deze druk enigszins te kunnen opvangen is de post werkzaam- den door derden (t.b.v. uitzendkrachten) ingaande 1982 tot 100.000, ;rhoogd. In samenhang hiermee is bovendien in dit beleidsplan ingaande 1982 jn nieuwe stelpost ingevoerd ter grootte van 100.000,ten behoeve van jdelijk personeel. Met betrekking tot beide posten wordt een budgetbewaking •gesteld. nctiewaardering en bezoldiging. or het later beschikbaar komen van de functie-analisten dan mocht worden rwacht en de tijd die nodig blijkt om tot verantwoorde functiebeschrijvingen komen, is enige vertraging in het project functiewaardering opgetreden, i.ettemin gaan wij er van uit dat overeenkomstig de oorspronkelijke planning or eind 1982 de meeste functies kunnen zijn beschreven en gewaardeerd. 11 r i, f,y i Vw.v' V'fy.v v fl) L M' i««' ,,l lit i kt f

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1981 | | pagina 200