Gezien de bij de modulaire coördinatie behorende maatsprongen van 300 mm zou
het in de toekomst niet op elkaar afgestemd zijn van de minimumafmetingen int
bouwverordening en de systematiek van NEN 2983 automatisch leiden tot grotere
ruimten in modulaire woningen en daarmee waarschijnlijk tot duurdere
woningen, waardoor de gunstige effecten die in principe inherent zijn aan
modulaire coördinatie, weer teniet worden gedaan. Een en ander is vooral onge
wenst in het licht van de huidige toestand in de woningbouw.
Voorgesteld wordt daarom op korte termijn de minimumbreedten en -hoogten
van ruimten in woningen, zoals thans opgenomen in de bouwverordening, zo te
wijzigen, dat er een afronding plaatsvindt op maten welke passen in het systet
van NEN 2883, althans voor zover een en ander geen afbreuk doet aan de
bewoonbaarheid. Daardoor wijken de voorschriften van de bouwverordening inzaki
de verdiepingshoogte thans wel af van het daaromtrent bepaalde in artikel 3.3,
onder e van de Voorschriften en Wenken voor nieuwe woningen en woongebouwen
1976/Bouwtechnische bepalingen, maar volgens artikel 1.1., onder b 4 van
de genoemde V. en W. kan die afwijking worden toegestaan.
De voorstellen tot verwijdering uit de bouwverordening van de belemmeringen
voor een optimale toepassing van modulaire coördinatie in de woningbouw
konden nog niet compleet zijn. Wijzigingsvoorstellen voor artikel 72, lid 1
(minimumbreedte kleinste slaapkamer), voor artikel 72, lid 3 (minimumbreedte
ouderslaapkamer) en voor artikel 73, lid 2 (minimumbreedte keuken) ontbreken
nog.
De reden daarvan is dat de definitieve publikatie van NEN 2883 onvoorziene
vertraging heeft ondervonden: met name over het gedeelte van de toekomstige
normtekst dat betrekking heeft op de zgn. halfmodulaire plaatsing van
binnenwanden, bestaat thans nog geen zekerheid ten aanzien van de strekking.
Zodra de definitieve uitgave van NEN 2883 zai zijn verschenen zal door de
VNG worden bezien, in hoeverre een verdere aanpassing van de bouwverordening
wenselijk is. Eventueel daaruit voortvloeiende voorstellen'tot wijziging
van de bouwverordening zullen U dan op de gebruikelijke wijze worden
voorgelegd.
Artikel XIX.
Dit voorstel heeft betrekking op de verschijning van de Aanvulling op
NEN 1078 (GAVO-1976)
Artikel XXII.
Dit voorstel heeft betrekking op de verschijning van de Aanvulling op
NEN 1078 (GAVO-1976).
Artikel XXIII.
Dit voorstel heeft betrekking op de verschijning van NEN 3324-A (Aanvulling
op NEN 3324) 'Voorschriften voor de aanleg van vloeibaar-gasinstallaties in
woningen en andere gebouwen'.
Artikel XXV.
Dit voorstel heeft betrekking op de verschijning van NEN 3867 'Voorschriften
beton (VB 1974) - Deel G. Lichtbeton - Aanvullende bepalingen'.
- 5 -
Artikel XXVI.
Het tweede lid kan worden geschrapt, omdat er volgens moderne opvattingen
geen algemene regels meer kunnen worden gegeven voor de bepaling van de
aanlegbreedte van op staal gefuncjeerde wanden van bouwwerken. De variaties
in de draagkracht van de bodem kunnen immers dermate groot zijn, dat hierin
alleen een betrouwbaar inzicht kan worden verkregen met behulp van sonde
ringen (bodemonderzoek). Overigens is het schrappen van het onderhavige
voorschrift mogelijk geworden door de intrekking van het Besluit Uniforme
Bouwvoorschriften op 12 oktober 1979 (K.B. van 1979-09-25, Stb. 532).
Artikel XXVIII.
Het zesde lid kan worden geschrapt, omdat hierin voor sommige muurdikten
bepaalde verouderde methoden voor het waterdicht en het warmte-isolerend
maken dwingend zijn voorgeschreven, terwijl voor andere muurdikten het
warmte-isolerend maken volgens moderne methoden was verboden. Overigens
is het schrappen van het onderhavige voorschrift mogelijk geworden door de
intrekking van het Besluit Uniforme Bouwvoorschriften op 12 oktober 1979
(K.B. van 1979-09-25, Stb. 532).
Artikel XXIX.
De intrekking op 12 oktober 1979 van het Besluit Uniforme Bouwvoorschriften
maakt het mogelijk om de op dat K.B. berustende voorschriften van de
bouwverordening die in de praktijk de grootste bezwaren opleveren, te
herzien
Bij de herziening is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de te zelfder
tijd in behandeling zijnde herziening van NEN 3853 (T.G.B.-Steen)
Een meeromvattende wijziging van de constructievoorschriften is thans
nog in onderzoek en zal zo mogelijk in de eerstvolgende wijziging van de
bouwverordening worden meegenomen.
Artikel XXX.
De wijziging betreft een redactionele verduidelijking.
Artikel XXXII.
De gewijzigde formulering is nodig ter voorkoming van begripsverwarring tus
sen het in de oude redactie opgenomen 'sterke rookontwikkeling' en de 'sterke
rookontwikkeling' als bedoeld in NEN 3883.
Artikel XXXIV.
De verwijzing naar de norm NEN 3661 kan een effectieve en uniforme toepas
sing van dit voorschrift bevorderen. De werkingssfeer van het voorschrift,
dat vroeger alleen betrekking had op tot bewoning bestemde gebouwen, is
tevens uitgebreid tot alle soorten gebouwen die voor het verblijf van mensen
zijn bestemd. Voor bepaalde categorieën niet voor het verblijf van mensen
bestemde gebouwen, zoals stallen, kan onder meer een tochtdichte aansluiting
van kozijnen tegen het muurwerk met het oog op de noodzakelijke ventilatie
ongewenst zijn, vandaar de opgenomen beperking.