BESLUIT Krediet ten behoeve van de realisering van de zuidtangent. Bijlage no. 119. Leeuwarden, 4 maart 1982. Aan de Gemeenteraad. De zuidtangent als onderdeel van de hoofdwegenstructuur in en rond Leeuwarden is meermalen onderwerp van bespreking geweest in Uw vergaderingen. Daarbij was tot op heden de aandacht met name gericht op de vaststelling van het tracé, het wegnemen van de planologische beletselen, alsmede het verwerven van de benodigde gronden. Van meet af aan is onderkend, dat de daadwerkelijke realisering van deze weg alleen mogelijk is met behulp van een aanzienlijke subsidie van onder meer de rijksoverheid. Om dienaangaande zekerheid te krijgen is intensief overleg gevoerd met de betrokken departementen en het provinciaal bestuur. Tijdens dit overleg, dat onlangs is afgerond, hebben twee aspecten centraal gestaan, te weten (a) wat wordt nu precies onder de zuidtangent verstaan en (b) hoe hoog zijn de kosten en door wie moeten deze worden gedragen. Ten aanzien van de vraag wat er onder de zuidtangent moet worden begrepen is overeenstemming bereikt over het tracé tussen Boksum en RW 32 (bij het kruispunt Goutum), verdubbeling van deze rijksweg, reconstructie van het Oostergoplein en verdubbeling van het gedeelte van de Aldlansdyk, dat thans nog enkelbaans is, namelijk tot aan het Rietgras. In het bovenstaande zijn tevens begrepen de aansluiting vanaf de zuidtangent naar de westelijke in dustrieterreinen en de aanleg van een brug over het van Harinxmakanaal naast de bestaande in RW 32. De totale kosten van het omschreven werk worden exclusief onvoorzien geraamd op 60,5 miljoen, prijspeil eerste helft 1981. In deze kosten zal worden gesubsidieerd door het departement van Verkeer en Waterstaat en het Europese Fonds voor de Regionale Ontwikkeling (E.F.R.O.), alsmede door het departement van Economische Zaken en de provincie Friesland; beide laatst genoemden in het kader van het gedecentraliseerde voorwaarden scheppende beleid als onderdeel van het I.S.P. De subsidiëring van het departement van Verkeer en Waterstaat vindt plaats op basis van de Bijdrageregeling verkeers- en vervoersvoorzieningen. Het E.F.R.0. sluit zich aan aan de systematiek van deze regeling. Dit houdt onder andere in dat het subsidie wordt vastgesteld op een percentage van de subsidiabele kosten. Hieronder vallen niet de voorbereidingskostentenzij medewerking van andere beheerders is vereist voor de uitvoering van de beoogde voorzieningen, zoals bijvoorbeeld de Neder landse Spoorwegen. In de totale kostenraming van 60,5 miljoen is, inclusief B.T.W. een bedrag van (afgerond) 7,1 miljoen aan voorbereidingskosten begrepen. Hiervan is op grond van het vorenstaande slechts 1,7 miljoen subsidiabel. De kosten van aankoop van gronden, welke direct nodig zijn voor de wegaanleg zijn daarentegen volledig subsidiabel. In de raming is voor dit onderdeel een bedrag van 3.750.000,opgenomen. Hiervan subsidieert Verkeer en Waterstaat 80% en het E.F.R.0. 20%. Wij willen hierbij opmerken dat, zoals de praktijk laat zien, meer gronden aangekocht moeten worden dan strikt nodig is voor het werk zelf. Indirect draagt de gemeente zelf wel mee in deze kosten. Nr. 3221. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 4 maart 1982 (bijlage nr. 118); I. over te gaan tot de reconstructie van het Wilhelminaplein westzijde e.o. overeenkomstig de bij dit besluit behorende tekening nr. 34-166-02; II. voor de onder I. bedoelde werken een krediet beschikbaar te stellen van 308.000, Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 109