Nr. 2077. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 februari 1982 (bijlage nr. 77); gelet op de artikelen 177 en 212 van de Gemeentewet; BESLUIT: te bepalen dat Burgemeester en Wethouders beoordelen en beslissen of vanwege de gemeente een rechtsgeding zal worden gevoerd tot ontruiming van het per ceel Kanaalweg 217 te Leeuwarden en of gebruik zal worden gemaakt van enig rechtsmiddel tegen een in deze procedure gewezen vonnis of arrest. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Aanwijzing van de Schil-Oost tot Stadsvernieuwingsgebied; nader voorstel tot de prioriteitenstelling. Bijlage nr. 78. Leeuwarden, 11 februari 1982. Aan de Gemeenteraad. In zijn brief van 31 december 1981, nr. 404 deelt de Minister van Volks huisvesting en Ruimtelijke Ordening mee, dat hij alsnog goedkeuring heeft gehecht aan Uw besluit van 25 juni 1979, nr. 8965, waarbij het gehele gebied Schil-Oost is aangewezen tot stadsvernieuwingsgebied in de zin van de Beschik king geldelijke Steun Stadsvernieuwing 1977 (I.S.R.). Zoals bekend is de goedkeuring in 197 9, zulks met uitzondering van die voor het deelgebied Cam- buursterpad, aangehouden omdat de. Minister nadere gegevens nodig achtte, in het bijzonder met betrekking tot de gebieden Molenpad en Achter de Hoven. Bij de vaststelling van de uitvoeringsplannen voor beide gebieden op 12 januari 1981 zijn die gewenste gegevens geleverd en stond niets meer de goedkeuring in de weg. Uit de betreffende brief en bijlagen, welke voor U ter inzage zijn ge legd blijkt evenwel dat de bewindsman alleen voor de gebieden Molenpad en Achter de Hoven/Vegelin werkkapitaal en voorbereidingskosten zal verstrekken. Een en ander impliceert, dat vooralsnog geen subsidiemiddelen beschik baar zullen komen voor de nog resterende deelgebieden van Schil-Oost. Dit is ondermeer een gevolg van de medio 1981 genomen bes luiten om te komen tot een herschikking van de beschikbare I.S.R.-gelden voor de jaren 1981-1985, de zogenaamde tentatieve reserveringen. Op basis van de aanvankelijke verdeel sleutel zou Leeuwarden in die voorstellen naast de reeds toegekende subsidies voor de gebieden Binnenstad, Gldegalileën en Cambuursterpadniet mogen reke nen op subsidiëring van andere stadsvernieuwingsplannen. Na intensief overleg, tussen gemeente, provincie en departement bleek de Minister bereid, zulks gezien de stand van zaken en gedane toezeggingen met betrekking tot de gebieden Camstraburen-ZuidMolenpad en Achter de Hoven, alsnog een bedrag van respectievelijk ƒ5, 5 en 8 miljoen in het voor uitzicht te stellen. Die bereidheid is voor wat betreft de beide laatstgenoemde gebieden nu omge zet in toezeggingen gedaan bij de brief van 31 december 1981. De beschikking voor het ;gebied Camstraburen-Zuid mag binnenkort worden ver wacht Als gevolg van het een en ander is in sterke mate gecorrigeerd op de in gediende plannen en de daarbij behorende financiële opzet. Het door ons ge vraagde V.R.O.-subsidie was becijferd op 13 miljoen voor het Molenpad en op 16,6 miljoen voor Achter de Hoven, de goedgekeurde ten laste van de V.R.O.- komende saldi daarentegen zijn bepaald op 6.398.000,respectievelijk 8.798.000,--. Het zal duidelijk zijn dat dit consequenties heeft voor de inhoud van de door U vastgestelde plannen. Een nadere analyse van de Ministeriële beslissing als mede de vertaling daarvan naar de plannen toe wordt momenteel bestudeerd door de projectgroepen in overleg met de betrokken contactgroepen. Zodra deze werk zaamheden zijn afgerond - naar verwachting eind maart begin april 1982 - zullen wij U nader informeren en zonodig aangepaste plannen voorleggen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 23