1
i
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
6301.
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 juni 1981
(bijlage no. 250 en 6 mei 1982 (bijlage no. 178);
gelet op artikel 6, lid 8 en 9 van het Besluit Geldelijke Steun Volks
huisvesting, laatstelijk gewijzigd bij Koninklijk Besluit van 17 augustus
1976, no. 472;
BESLUIT
I. in te stellen een Huurdersraad;
II. rast te stellen de volgende verordening regelende de taak, samenstel
ling en werkwijze van de Huurdersraad.
3egri somschrijving.
Artikel 1
Toor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a. he Woningbedrijf: het Woningbedrijf der gemeente Leeuwarden;
b. huurders: huurders en medehuurders, als bedoeld in het Burgerlijk Wetboek,
van woningen in beheer bij het Woningbedrijf;
c. de Commissie: de Commissie voor het Woningbedrijf;
d. het College: het College van Burgemeester en Wethouders;
8. woning: een gebouw (eventueel met het daarbij behorende erf) dat geschikt
is en gebruikt wordt voor permanente huisvesting van personen en niet
bestemd is om binnen afzienbare tijd te worden afgebroken.
Ie taak van de Huurdersraad.
Artikel 2.
De Huurdersraad fungeert als overlegorgaan tussen de Commissie en de
huurders. Het overleg betreft onderwerpen van beheer en beleid met be
trekking tot de door het Woningbedrijf geëxploiteerde woningen, die
voor de huurders van wezenlijk belang kunnen zijn.
I- Als onderwerpen die voor de huurders van wezenlijk belang kunnen zijn,
worden onder meer beschouwd;
a. verhogingen van de huurprijs, voorzover deze niet rechtstreeks ge
volg zijn van maatregelen van de rijksoverheid;
b. jventuele voornemens de vergoeding van de kosten van het verrichten
ran leveringen en diensten te wijzigen;
c. overige voorwaarden van de overeenkomst van huur en verhuur;
4. het onderhoud van de woningen;
e. het treffen van voorzieningen tot verbetering van de woningen of van
de woonomgeving;
f. et dagelijks beheer ten aanzien van de centrale voorzieningen.
I' De Huurdersraad draagt zorg voor de voordracht van twee huurders, niet
zijnde leden van de Gemeenteraad, voor benoeming tot lid van de Commissie,
overeenkomstig het bepaalde in artikel II, tweede lid van de verordening
tot instelling van deze Commissie
