Nota van toelichting 1. Commissiesvan advies en bijstand Het thans gebruikte model, waarin de commissies van advies en bijstand zijn gegoten, kan worden gemoderniseerd. De herziening kan nu het beste plaatsvinden, omdat een aantal instellings besluiten als gevolg van de structurering toch moet worden herzien. Als ge volg daarvan dienen de instellingsbesluiten van de volgende commissies op nieuw te worden vastgesteld: a. Commissie voor het Grondbedrijf; b. Commissie voor het Gemeente-archief en de Stedelijke Bibliotheek; c. Commissie voor het Electriciteitsbedrijf d. Commissie voor de Dienst Reiniging en Brandweer; e. Commissie voor het Gemeentelijk Muziekinstituut; f. Commissie voor de Werkgelegenheid. Uit het opnieuw vaststellen van instellingsbesluiten vloeit voort, dat de Verordeningen van commissies belast met de uitoefening van beheersbevoegdheden moeten worden herzien. Het betreft de Verordeningen regelende de beheersbevoegdheden van: - de Commissie voor het Grondbedrijf; - de Commissie voor Sport en Recreatie (zie punt 3); - de Commissie voor het Princessehof (zie punt 4); - de Commissie voor het Woningbedrijf (zie punt 10). Ter toelichting op deze wijzigingsbesluiten wordt het volgende onder de aandacht gebracht. Artikel I. In de huidige Verordeningen is de datum en nr. van het instellingsbesluit van de commissie vermeld. Dat is nu weggelaten. Artikel II. In het vervallen zinsdeel werd geregeld, dat de voorzitter - in afwijking van de Verordening Commissies van Advies en Bijstand aan Burgemeester en Wethouders - wel stem had. Nu in het voorstel tot wijziging van de Verordening Commissies van Advies en Bijstand aan Burgemeester en Wethouders is vervat, dat de voorzitter van de commissie wel stem heeft kan dit zinsdeel vervallen. De overige wijzigingen zijn van redactionele aard of regelen het tijdstip van in werking treding. 2. kommissie voor de Gemeentelijke Sociale Dienst In het huidige instellingsbesluit is bepaald, dat de commissie negen eden zal tellen, waarvan er drie lid van de gemeenteraad zijn. In de com missie bestaan vanaf september 1978 twee vacatures van niet-raadsleden Het betreft de plaatsen, die toegedacht waren aan een vertegenwoordiger van de Leeuwarder Kruisvereniging en van de Protestants Christelijke Stichting Maatschappelijk Werk Leeuwarden. Deze twee plaatsen zouden kunnen vervallen, ware het niet, dat deze commissie tevens een commissie art. 73 e.v. van de Algemene Bijstandswet is. Daaruit vloeit voort, dat 3/5 van het aantal leden deskundigen (niet-raadsleden) dienen te zijn. Er dienen dus zes deskundigen te zijn. Te denken ware (naast de drie raadsleden) aan de volgende verdeling: 2 vakverenigingen (F.N.V. en C.N.V.); 2 Stichting Maatschappelijke dienstverlening Leeuwarden; 1 Stichting Bejaardenwerk Leeuwarden; 1 Stichting Mensen zonder werk. Overneming van de bovenstaande suggestie betekent, dat de huidige vertegen woordiging van de vakverenigingen met één lid wordt uitgebreid en dat de ver tegenwoordiging van de afdeling Leeuwarden van Humanitas, de Diakenen van de Ned. Hervormde Kerk en de Stichting Katholieke Centrale voor Maatschappelijk Werk Leeuwarden komt te vervallen. Daarvoor komt echter de vertegenwoordiging van de Madi, de Stichting Bejaardenwerk Leeuwarden en de Stichting Mensen Zonder Werk in de plaats.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 336