O. Bezwaren worden gemaakt tegen de voorgestelde ontwatering van
het plangebied.
Redenen: - het grotendeels verdwijnen van de afwateringssloten
in het plangebied.
Er is in het plangebied juist sprake van een toename van het
percentage open water. Deze bedraagt in het huidige agrarische
gebied circa 37. en wordt in het toekomstige stedelijke gebied
op circa 6Z gebracht.
- in het plan wordt gesproken over een zomer/winterpeil
die een verschil van 80 cm vertonenterwijl in het
kader van de voorgenomen ruilverkaveling een constante
waterstand van 1 - 1% m onder maaiveld is voorgesteld.
De verschillen die reclamant aanduidt, betreffen verschillen in de
gemiddelde hoogste grondwaters tandwelke seizoen-afhankelijk is.
Voor het open waterpeil geldt dat zomer- en winterpeil constant
zijn. In het stroomgebied waarbinnen het bedrijf van reclamant
is gelegen, blijft het peil gehandhaafd op boezemhoogte te weten
N.A.P. - 0.50 m. Overigens kan worden vermeld, dat de in het plan
opgenomen waterpeilen overeenkomen met het ontwerp ruilverkavelings
plan "De Oude Jokse" alsmede de uitkomsten van het met reclamant
gevoerde overleg.
- een bredere sloot langs de zuidkant van het woongebied
de Haven wordt gewenst geacht.
De sloot valt binnen de globale bestemming recreatiegebied.
Pas bij de nadere detaillering van deze uit te werken bestemming
zal de verbreding van de sloot (kunnen) worden overwogen.
- de sloten grenzend aan de percelen van het Heechhiem
zijn buiten het plan geblevenwaardoor gevaar ontstaat
voor de afwatering
In de ontwatering van het gebied zal worden voorzien. Aansluiting
op het open water van het nog in te richten gebied voor intensieve
recreatie ligt hierbij voor de hand.
- het dempen van de sloten rondom de wijken "de Bolle",
"de Haven", "Heechhiem" en "de Binnentuin" wordt onaan
vaardbaar geacht.
Van een demping van deze sloten zal geen sprake zijn.
De sloten zullen bij nadere inrichting van het groengebied worden
gehandhaafd en zijn zelfs noodzakelijk om een goede ontwatering van
het gebied te kunnen handhaven.
Tenslotte dient vermeld te worden, dat de bezwaren zich richten tegen
de nadere uitwerking van het globale bestemmingsplan Wiardaburen en
daarbij het ontwerp-bestemmingsplan onverlet laten.
Gezien het vorenstaande dienen de bezwaren van reclamant(en)
ongegrond verklaard te worden.
20
P. Bezwaar wordt gemaakt tegen aantasting van goede en kostbare
landbouwgrond en aantasting van het broedgebied van de weide-
vogeIs
Krachtens het streekplan Friesland is het gebied ten zuiden van
Goutum als potentiële bouwlocatie van nieuwe stadsuitbreidingen
van Leeuwarden aangewezen. Op dit niveau heeft aldus in eerste
instantie een afweging plaatsgevonden tussen onder meer volks-
huisvestingsbelangen, landbouwbelangen, alsmede eventuele land
schappelijke- en natuurbehoudbelangen
Het provinciaal ruimtelijk beleid is gebaseerd op het tegengaan
van de suburbanisatie. Tegenover de stadsuitbreidingsmogelijk
heden van Leeuwarden staat, dat in de overige kernen in Friesland
in verminderde mate uitbreidingsmogelijkheden nodig zijn.
Door deze concentratie van uitbreidingsmogelijkheden wordt, gere
kend over de gehele provincie Friesland, per saldo de aantasting
van het areaal landbouwgrond tot het uiterste beperkt. Het boven
staande geldt evenzeer voor de eventuele aantasting van vogel
broedgebieden. Bovendien is door toepassing van een, in regionaal
verband bekeken, relatief vrij hoge bebouwingsdichtheid het
ruimtebeslag van het ontwikkelde woongebied verder beperkt.
Gezien het vorenstaande dienen de bezwaren van reclamant(en)
ongegrond verklaard te worden.