29 W 3. Reclamant maakt bezwaar tegen het bebouwen van het gebied ten zuiden van Goutum in verband met een, op basis van een verleende bouwvergunningdoor hem te bouwen windmolen. Tussen Goutum en Wiardaburen is een groenzone van 200 m geprojec teerd waar slechts enkele ondergeschikte bouwwerken zullen worden opgericht. Het is dan ook te verwachten, dat mede gezien het feit dat de bebouwing van de nieuwbouwwijk op een afstand van 200 m zal worden gerealiseerd, uit dien hoofde geen wezenlijke belem mering voor het functioneren van de windmolen zal bestaan. Voorzover reclamant meent schade te lijden als gevolg van het bestemmingsplan, kan reclamant een beroep doen op artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Gezien het vorenstaande dienen de bezwaren van reclamant(en) ongegrond verklaard te worden. W 4. Bezwaar wordt gemaakt tegen de extra verkeersbelasting, die Rijksweg 32 zal ondervinden als gevolg van de uitbreiding van de capaciteit van het plan van 4.000 naar 4.400 woningen. Een vergroting van de woningcapaciteit wordt eerst aanvaard baar geacht, wanneer daardoor de Rijksweg 32 niet extra wordt belast. Dit door Rijkswaterstaat naar voren gebrachte bezwaar is eveneens in het kader van het overleg ex art. 8 B.R.O. naar voren gebracht. Naar aanleiding hiervan heeft op 4 december 1981 een gesprek plaats gevonden aangaande de vraag, wat de gevolgen zijn (op technisch niveau) van het ruimtebeslag en de situering van de aansluiting van Wiardaburen op de N32. In dit gesprek werd vastgesteld, dat de gevolgen van de geringe verkeerstoename op de aansluiting op de N32 (technisch) oplosbaar zijn. Als gevolg van de capaciteitsvermeerdering van het plan zullen de intensiteiten op de toegangsweg naar de N32 en op de afslaande stroken op de N32 namelijk met circa 10% toenemen ten opzichte van de cijfers uit de "Rapportage inzake een voorlopig ontwerp voor de ontsluiting van de bouwlokatie Wiardaburen". In aansluiting hierop dient ruimte voor twee linksaf-stroken op de N32 en voor een dubbel afrijvak op de ontsluitingsweg gere serveerd te worden. Krachtens het ontwerp-bestemmingsplan is binnen de verkeersbestemming hiervoor de ruimte aanwezig. Teneinde aan de bezwaren van reclamant tegemoet te komen wordt voor het gebied ten zuiden van het bedrijvengebied nabij N32 een hoorplicht van de wegbeheerder opgenomen. In aansluiting hierop wordt artikel 7 aangevuld in die zin dat, indien het betreffende gebied ten behoeve van woningbouw wordt uitge werkt, overleg moet worden gevoerd met de wegbeheerder over de verwerking van het extra verkeersaanbod op de N32 ten gevolge van de woningbouw. Het gewijzigd vast te stellen bestemmingsplan voorziet in de wensen van reclamant. De bezwaren dienen gegrond te worden verklaard. 30 W 5. Gewezen wordt op een onvolledigheid in figuur 3.14 alwaar de twee agrarische bedrijven aan de Hounsdyk niet zijn aangegeven. De bestaande functies zoals weergegeven op figuur 3.14 zijn aan gevuld met de genoemde agrarische bedrijven. De bezwaren van reclamant(en) zijn gegrond. Hieraan kan worden tegemoetgekomen door het plan te wijzigen als hiervoor is omschreven. W 6. Reclamant maakt bezwaar tegen de situering van woongebieden ten opzichte van de te handhaven bedrijven. Gepleit wordt voor een zodanige situering dat de bestaande bedrijven niet in hun ont wikkelingsmogelijkheden kunnen worden belemmerd. Krachtens de bestemmingsbepalingen zijn binnen de agrarische bouwpercelen akkerbouw- en veeteeltbedrijven toegelaten waar gewassen worden geteeld en/of dieren worden gehouden uitsluitend of overwegend in of op de open grond. Gebouwen voor intensieve veehouderij moeten op een afstand van 250 m uit de burgerwoonbebouwing blijven. Voor de andere gebouwen is een kortere afstand toelaatbaar. Ingeval een agrarisch ondernemer het voornemen heeft een gebouw op te richten voor intensieve veehouderij en dit niet mogelijk is vanwege de nabijheid van de woonbestemmingen, dan is het mogelijk een schadeclaim bij de gemeente in te dienen op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening of het ge hele agrarische bouwperceel door gebruikmaking van de wijzigings procedure zodanig te verplaatsen, dat deze belemmeringen niet meer bestaan. Gezien het vorenstaande dienen de bezwaren van reclamant(en) ongegrond verklaard te worden. W 7Bezwaar wordt gemaakt tegen de beperking van de omvang van be staande en eventueel nieuw te creëeren agrarische bouwpercelen tot maximaal 1 ha. Teneinde de nodige flexibiliteit te kunnen bereiken zal een wijzigingsbevoegdheid geïntroduceerd worden ten behoeve van de vergroting van de agrarische bouwpercelen tot maximaal 1,5 ha. Op grond van het vorenstaande zijn de bezwaren van reclamant(en) ten aanzien van de beperking van de omvang van de agrarische bouwpercelen gegrond. Hieraan kan worden tegemoetgekomen door het plan te wijzigen als hiervoor is omschreven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 372