No. 74-76.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 27 mei 1982 (bijlage
no. 231);
gelet op de artikelen 60, 63 en 67 van de Woningwet, het Besluit geldelijke
steun volkshuisvesting, de Beschikking geldelijke steun Huurwoningen 1975,alsmede
de Beschikking leningen toegelaten instellingen;
BESLUIT:
onder de voorwaarde dat geldelijke steun uit 's Rijks kas wordt verleend:
I. bij de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een lening
aan te vragen en te aanvaarden tot een bedrag van 6.126.4-31,-- of zoveel
meer of minder als genoemde Minister zal verlenen voor de financiering van
de door de Woningstichting Patrimonium te bouwen 88 woningen in het bestem
mingsplan "Westeinde IV" te Leeuwarden;
II. onder de voorwaarden welke de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening aan het verstrekken van de onder I. genoemde lening mocht verbinden
aan de onder I. genoemde woningcorporatie een lening te verstrekken tot
een bedrag van 6.126.431,-- of zoveel meer of minder als de Minister voor
het onder I. genoemde bouwplan mocht verstrekken;
III. uit 's Rijks kas, een zo hoog mogelijke jaarlijkse bijdrage in de exploi
tatie van de onder I. genoemde woningen aan te vragen en te aanvaarden;
IV. aan de onder I. genoemde woningcorporatie een jaarlijkse bijdrage te ver
strekken als bedoeld onder III, onder de voorwaarden, welke de Minister van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening aan het verlenen van bijdragen
mocht verbinden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Preadvies inzake de brieven van de Gebruikers Belangen Vereniging Driehoek betref
fende de bruikleencontractanten en de toekomst van de wijk.
Bijlage no. 232. Leeuwarden, 27 mei 1982.
Aan de Gemeenteraad.
De Gebruikers Belangen Vereniging Driehoek heeft U bij brieven van 7 en 28
april j.l. bericht dat bij haar bezwaar bestaat tegen afbraak van de 193 wo
ningen van de woningvereniging "Leeuwarden". Bovendien wensten zij voor de ge
bruikers de mogelijkheid te krijgen in deze wijk te kunnen blijven wonen, waarbij
aan hen tevens de status van huurder dient te worden toegekend.
Bij de beantwoording van de op grond van artikel 47 Reglement van orde
gestelde vragen door de raadsleden 3. v.d. Werf, P. v.d. Wal en 3. de 3ong is reeds
door ons op deze problematiek ingegaan. Bij Uw beraadslagingen rond de vaststel
ling van het verbeteringsplan voor het gebied Cambuursterpad in de vergadering
van 23 juni 1980 (bijlage 249) is vast komen te staan dat deze 193 woningen
afgebroken dienden te worden. In nader overleg tussen vertegenwoordigers van de
bewoners, het COL, de woningvereniging "Leeuwarden", de Provinciale Directie
voor de Volkshuisvesting en ons College is alsnog een financiële vergelijking gemaakt
tussen de mogelijkheden van renovatie en vervangende nieuwbouw. Uit dit overleg is
onlangs op basis van het door Nationale Woningraad ingestelde onderzoek opnieuw
gebleken dat renovatie niet haalbaar is binnen de in deze door de Minister van Volks
huisvesting en Ruimtelijke Ordening gestelde grenzen. In het voornoemde overleg is
eveneens overeengekomen dat de vrijkomende woningen, ongeacht de keuze voor reno
vatie of vervangende nieuwbouw, op basis van een zgn. gebruikerskontrakt beschikbaar
gesteld zouden worden. Wij achten het onjuist, gelet op het verloop van de plan
procedure, ten behoeve van deze groep van gebruikerscontractanten opnieuw een
discussie te starten inzake het vraagstuk renovatie of vervangende nieuwbouw.
De door de gebruikers geuite wens in het plangebied te kunnen blijven wonen is
mede afhankelijk van de inzake de woonruimteverdeling geldende afspraken tussen
de corporaties en het gemeentelijk Woningbedrijf. Door de woningvereniging "Leeuwar
den" zal onder de bewoners van het complex een inventarisatie omtrent de wensen en
mogelijkheden worden gehouden.
Wat betreft de mogelijke status als huurder verwijzen wij U naar de hiervoor
genoemde beantwoording van vragen van raadsleden.
Wij stellen U voor de bruikleencontractanten in bovenstaande zin te antwoorden.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
3.S. Brandsma Burgemeester.
W.3.G. Reumer Secretaris.