- A -
14-. voor het overige zijn op de erfpachtsuitgifte en de vestiging van het
accessoir opstalrecht voorzoveel nodig en mogelijk, en voorzover daar
van in deze bepalingen en bedingen niet is afgeweken, van toepassing de
"AlgemereErfpachtsbepalingen Leeuwarden 1982" vastgesteld bij raadsbe
sluit van 15 maart 1982, nr. 3189, welk raadsbesluit nog goedgekeurd dient
te worden door Gedeputeerde Staten van Friesland;
erfpachter verklaart zich reeds nu voor alsdan akkoord met genoemde erf
pachtsbepalingen al dan niet in gewijzigde vorm;
15. in de opstallen aan de Bagijnestraat 12, IA, 16, 18, 20, 22 en 2A, in
clusief de daaronder aanwezige (garage-)ruimten, mag nimmer een horeca
bedrijf worden uitgeoefend, zulks op verbeurte van een boete, ten behoe
ve van de gemeente Leeuwarden, ten bedrage van 100.000,--, terstond
bij elke overtreding opeisbaar door het enkele feit van niet-nakoming
of overtreding, zonder dat daartoe enige ingebrekestelling of rechter
lijke tussenkomst nodig zal zijn;
de erfpachter en iedere opvolger in de eigendom is verplicht de tekst van
deze bepaling in elke volgende akte van eigendomsoverdracht of eigendoms
overgang op te nemen en namens de gemeente Leeuwarden aan te nemen, zulks
op verbeurte van een gelijke boete ten behoeve van de gemeente Leeuwarden.
Aldus vastgesteld in de openbare
vergadering van
Voorzitter.
Secretaris.
Voeren van een rechtsgeding.
Bijlage nr. 239. Leeuwarden, 2 juni 1982.
Aan de Gemeenteraad.
Op 28 mei 1982 is de gemeente Leeuwarden op korte termijn gedagvaard
door Hout- en Bouwmaterialenhandel B. Postma BV te Leeuwarden tot betaling
van een geldsom van 71.15A,met bijkomende renten en kosten, wegens
schade welke zou zijn veroorzaakt door nalatigheid van de gemeente Leeu
warden, althans voor haar rekening komend.
Het betreft hier een schade, die zou zijn ontstaan wegens de aanwe
zigheid van een hoofdwaterleiding, die niet was gemeld aan Postma BV en
waardoor de reeds opgevangen bouw van een bouwmarkt annex kantoren ern
stige stagnatie ondervond.
Aangezien het van belang is, dat de gemeente Leeuwarden in de onder
havige zaak verweer voert, stellen wij U voor om op grond van artikel 177
van de gemeentewet te besluiten het rechtsgeding terzake te voeren.
Indien U met het voorstel akkoord gaat, zal de heer mr. W. Brouwer,
advocaat te Leeuwarden, worden verzocht de gemeente te vertegenwoordigen.
Wij stellen U voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp
besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
3.S. Brandsma, Burgemeester.
W.3.G. Reumer, Secretaris.