No. 3177
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 4 maart 1982
(bijlage nr. 107)
BESLUIT:
m.i.v. 1 augustus 1982 de heer Pieter Dan Rodenhuis, geboren 5 september 1946,
hoofd van de Telemannschool II, over te plaatsen naar de Antillenschool (beide
openbare scholen voor gewoon lager onderwijs), alhier.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Commentaar op het Structuurschema Militaire Terreinen.
Bijlage no. 108. Leeuwarden, 4 maart 1982.
Aan de Gemeenteraad.
I. Inleiding.
De Staatssecretaris van Defensie heeft ons mede namens de Minister van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening bij brief van 17 maart 1981 het Struc
tuurschema Militaire Terreinen toegezonden, in.verband met de aanwezigheid van
een militair terrein in deze gemeente. In de brief wordt er op gewezen, dat het
Structuurschema in het huidige stadium het karakter heeft van een beleidsvoorne
men van de regering en dat de behandeling hiervan zal plaatsvinden overeenkomstig
de procedure van een planologische kernbeslissingEen eventuele gemeentelijke reac
tie op dit Structuurschema kon worden ingediend tot en met 31 december 1981;
later is deze periode verlengd tot en met 31 maart 1982.
II. Hoofdzaken van het Structuurschema met betrekking tot de vliegbasis
Leeuwarden.
Vermeld wordt dat deze basis in gebruik is voor twee squadrons gevechts
vliegtuigen, alsmede voor een éénheid ten behoeve van (om)scholing en verder,
dat de ligging van de hoofdbaan en de secundaire baan ongewijzigd blijven (blz.
214 en 249). Op korte en middellange termijn worden geen conflicten verwacht
met de stedelijke ontwikkeling van Leeuwarden. Op de lange termijn zouden con
flicten tussen verstedelijking en vliegbasis kunnen optreden, wanneer uitbrei
ding van Leeuwarden plaatsvindt in noordelijke of westelijke richting (blz. 252).
Verder wordt nog vermeld, dat op basis van geluidscontourenkaarten een inventari
satie is gemaakt van het geluidbelaste woningbestand rond alle vliegbases. De
bases, waarbij deze geluidsbelasting aanzienlijk is, komen in principe in aanmer
king voor het afstoten van een squadron en worden aangemerkt als mogelijke "donor".
Andere vliegbases met een relatief laag aantal geluidbelaste woningen zouden als
"ontvanger" kunnen fungeren. De vliegbasis Leeuwarden is als mogelijke "donor"
aangemerkt (blz. 246).
Onder het hoofdstuk "wijzigen van het baangebruik" wordt vermeld, dat in het ver
leden een onderzoek is ingesteld naar mogelijke baanverleggingen, waarbij toen
nog uitgegaan werd van het gebruik door F-104 gevechtsvliegtuigen. Bij een des
tijds onderzochte baanvariant zou voor een aantal woningen rond de vliegbasis de
geluidsbelasting afnemen, doch voor een groter aantal zou deze baanverlegging
tot vergroting van de geluidsbelasting leiden. De hierop gebaseerde conclusie
was dan ook, dat deze mogelijkheid niet voor verwezenlijking in aanmerking kwam.
Wat het gebruik van het vliegveld door de F-16 betreft wordt er op gewezen, dat
met betrekking tot een "door de regio" voorgestelde baanvariant een geluidsbe-
lastingonderzoek wordt verricht. Het resultaat van die berekening zal "tezamen met
de operationele, infrastructurele, logistieke en financiële consequenties aan de
regio rond Leeuwarden worden gepresenteerd" (blz. 240). Het onderzoek naar deze
baanvariant was toegezegd door de vorige Staatssecretaris van Defensie ter gele
genheid van diens bezoek aan Leeuwarden op 26 augustus 1980, waar hij een verga
dering bijwoonde van het Overlegorgaan Geluidhinder Vliegbasis Leeuwarden.
III. Het door Defensie ingestelde onderzoek.
Het door de Staatssecretaris toegezegde onderzoek is inmiddels, v.w.b. de
consequenties ten aanzien van de bestaande situatie, ook wettelijk voorgeschre
ven. Ter uitvoering van de Luchtvaartwet is op 1 november j.l. namelijk een op
die wet gebaseerde algemene maatregel van bestuur in werking getreden, het Be
sluit geluidsbelasting grote luchtvaartterreinen (verder te noemen "het Besluit").
