Extra afschrijving op de boekwaarden van onrendabele investeringen. Bijlage no. 287 Leeuwarden, 1 juli 1982 Aan de gemeenteraad. Ingevolge het terzake gevoerde gemeentelijk beleid, worden de over schotten van de gemeenterekening (z.g. dienstsaldi) aangewend voor het ver vroegd afschrijven op onrendabele investeringen in voornamelijk de z.g. overheidssector Aan de voor dit doel sinds 1975 gevormde "Reserve voor extra afschrijving" worden rekeningsoverschotten toegevoegd. De uit de gevormde reserve c.q. uit de extra afschrijving voortvloeiende structurele besparingen aan kapi- taallasten (voor 1982: 8.7% rente plus gemiddeld 4% afschrijvingslasten) wor den in de betreffende begroting opgenomen op basis van realisering van de voorgenomen extra afschrijvingen tot het gehele bedrag van genoemde reserve. Voor het eerst in 1979 heeft de raad besloten onrendabele objecten aan te wijzen, waarop extra diende te worden afgeschreven. Met name werd besloten op de betreffende boekwaarden af te schrijven tot een bedrag van 13.777.000,welk bedrag werd gevormd door de (gedeeltelijk geraamde) rekeningsoverschotten van de jaren 1975 tot en met 1977 en een gedeelte van het begrotingsoverschot van het jaar 1978. Op basis van recente ramingen kan het saldo van de "Reserve voor extra afschrijving" thans worden gesteld op (afgerond) 35 miljoen. Van het bedrag van 35 miljoen aan gereserveerde middelen menen wij voorshands voor een be drag van 1,5 miljoen in dit stadium nog geen onrendabele objecten voor ex tra afschrijving te moeten aanwijzen in verband met onzekerheid over de reke ningsresultaten van de dienstjaren 1981 en 1982 (ingeschat en ter afronding te stellen op 900.000,en het feit, dat een voor 1982 geraamde storting van 600.000,voor het opvangen van uit inflatie voortvloeiende extra ka- pitaallasten thans nog niet is gerealiseerd. In dit kader delen wij U nog mede, dat met de uit genoemd bedrag van 1,5 miljoen voortvloeiende bespa ring aan kapitaallasten uiteraard in de begroting 1952 reeds rekening is ge houden Voor wat betreft de objecten die naar onze mening voor extra afschrijving in aanmerking komen, delen wij U het volgende mede. Tenzij bijzondere omstandigheden dit nodig maken, menen wij de extra afschrij ving te moeten beperken tot de onrendabele objecten in de overheidssector. Met name de sectoren "bedrijven" en "doeluitkeringen" dienen naar onze mening buiten beschouwing te blijven ter voorkoming van een verstoring van een juiste tariefstelling c.q. de vergelijkbaarheid met normbedragen in de doeluitke ringssector. Ook dienen naar onze mening in het algemeen de in het beleids plan expliciet aangegeven verbanden tussen lasten en baten van dienstonder delen in de diverse overige sectoren niet door het vervroegd afschrijven van activa te worden verstoord. Ons beperkende tot in hoofdzaak de sector "overheid" komen naar onze mening primair de objecten naar voren die nog wel in de staten van activa voorkomen, maar die hun nut inmiddels hebben verloren. Verder komen voor extra afschrij ving in aanmerking de objecten in die sectoren, waarvan alle dienstonderdelen in mindere of meerdere mate profiteren. In concreto kunnen terzake worden ge noemd de sectoren "algemeen beheer" en "openbare werken". Voor een overzicht van de onrendabele objecten, waarop naar onze mening extra dient te worden afgeschreven, verwijzen wij U naar het bij dit voor stel gevoegde ontwerp-raadsbesluit Onder mededeling, dat de Commissie voor de Financiën zich met dit voorstel kan verenigen, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig genoemd hierbij gevoegd concept-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma, Burgemeester W.3.G. Reumer, Secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 30