No. 17766.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders
van 2 december 1982 (bijlage no. 471);
gelet op de artikelen 170 en 228 van de Gemeentewet;
BESLUIT:
gedurende het jaar 1983, tot een nader door Burgemeester en Wethouders
te bepalen bedrag, overtollige kasmiddelen uit te lenen aan publiekrechtelijke
lichamen, aan de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten en aan andere krediet
waardige instellingen tegen een zo hoog mogelijk rentepercentage en verder op
de wijze en onder zodanige voorwaarden en bepalingen als in het belang van de
gemeente nuttig en nodig zijn.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter
Secretaris.
Aangaan van onderhandse geldleningen in 1983.
Bijlage no. 472. Leeuwarden, 2 december 1982.
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge artikel 2 van de Wet Kapitaaluitgaven Publiekrechtelijke
Lichamen wordt aan besluiten van gemeenten tot het ramen van uitgaven ten laste
van de kapitaaldienst van hun begrotingen, behoudens uitzonderingen, door
Gedeputeerde Staten der. provinciën slechts goedkeuring verleend, indien de
vaste financiering-van de uit hoofde van deze uitgaven te verrichten betalingen
binnen een tijdvak van 15 maanden verzekerd is. Deze vaste financiering zal
wanneer zij niet kan geschieden met ter beschikking van de gemeente komende
middelen uit hoofde van bijvoorbeeld opbrengsten terzake van verkopen, moeten
plaatsvinden met aan te trekken geldleningen.
Voorts moet de gemeente regelmatig geldleningen aantrekken om de vlottende
schuld van de gemeente te consolideren. Deze schuld kan ontstaan door het doen
van uitgaven voor onderhanden zijnde werken na de in de eerste alinea genoemde
termijn van 15 maanden en door kapitaaluitgaven die een bedrag van 80.000,
niet te boven gaan.
Om snel te kunnen reageren op bepaalde situaties op de kapitaalmarkt
hebt U ons bij besluitvan 24 november 1981, no. 15687 gemachtigd in 1982
geldleningen tot een maximum bedrag van 50.000.000,aan te gaan ter
financiering van het investeringsprogramma voor dat jaar.
Voor de financiering van genoemde investeringen denken wij voor 1983 een
bedrag van ongeveer 55,miljoen nodig te hebben.
Van elk door ons ter uitvoering van het door de Raad te nemen algemeen
geldlëningsbesluit voor 1983 te nemen besluit tot het aangaan van een geld
lening en van de goedkeuring hiervan door Gedeputeerde Staten zullen wij U
mededeling doen.
Wij stellen U voor te besluiten overeenkomstig het hierbij gevoegde ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
3.S. Brandsma Burgemeester.
W.3.G. Reumer
Secretaris.