Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
voor het plangebied "Hofplein/Perkswaltje"de percelen Pelsweg 1 t/m 11
en het perceel Valeriusstraat 71» alsmede verlenging van het voorbereidings
besluit voor de plangebieden "Euizum-West II, III en IV", "Minnemastraat" en
"Over de Kelders".
Bijlage no. 489 Leeuwarden, 2 december 1982.
Aan de Gemeenteraad.
I. In ons raadsvoorstel van 2 december 1982 (bijlage no. 486 hebben
wij U voorgesteld in te stemmen met de taakomschrijving van de door ons
in te stellen projectgroep voor het plangebied "Hofplein/Perkswaltje".
Voor dit gebied kan derhalve een voorbereidingsbesluit als bedoeld in
artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening worden genomen. Hier
mede voldoet U tevens aan het verzoek van het bestuur van "Wonen in de
Binnenstad", gedaan bij brief van 15 september j.l. om een voorbereidings
besluit voor dit plangebied vast te stellen.
Met toepassing van een dergelijk besluit kunnen bouwactiviteiten,
welke strijdig zijn met de stedebouwkundige visie ten aanzien van dit
gebied, worden geweerd. Daarnaast blijft de mogelijkheid open mede
werking te verlenen aan bouwplannen, welke zullen passen in het
toekomstige bestemmingsplan voor dit stadsgedeelte. Het structuurplan
voor de binnenstad, dat met betrekking tot dit gebied aanwijzingen voor
de bestemming heeft gegeven, vormt onder meer de basis voor het te
ontwikkelen bestemmingsplan. In verband hiermede kan aan dit voor
bereidingsbesluit, in afwijking van de algemene termijn van ten hoogste
één jaar, een werkingsduur van twee jaar worden verbonden, eventueel
met ten hoogste een jaar te verlengen. Een dergelijk voorbereidings-
besluit behoeft de goedkeuring van Gedeputeerde Staten. Wij stellen U
voor het voorbereidingsbesluit vast te stellen voor een termijn van twee
jaar.
II. Onlangs is een verzoek om vergunning ingediend voor het vergroten van de
woning Pelsweg 1, alhier, alsmede voor het bouwen van een garage bij
deze woning. Het bouwplan wijkt af van het geldende bestemmingsplan
"Huizum-Dorp". Uit stedebouwkundige overwegingen bestaan echter geen
bezwaren tegen het bouwplan. Teneinde aan dit bouwplan medewerking te
kunnen verlenen, is het noodzakelijk dat een voorbereidingsbesluit wordt
genomen. Alsdan wordt het mogelijk vrijstelling \an de voorschriften van
het geldende bestemmingsplan te verlenen. Hierbij geldt wel als voor
waarde, dat Gedeputeerde Staten vooraf moeten hebben verklaard tegen het
verlenen van deze vrijstelling geen bezwaar te hebben. Hierna kan de
bouwvergunning worden verleend.
Omdat ook bij de andere eindwoning van dit bouwblok in principe de mogelijk
heid van uitbreiding aanwezig is, achten wij het gewenst, dat het voor
bereidingsbesluit voor bedoelde woningen wordt genomen, zodat op
een eventueel in te dienen bouwplan kan worden ingespeeld.
III. Voor het perceel Valeriusstraat 71» alhier, hebt II op 2 november 1981
(bijlage no. 447) een voorbereidingsbesluit genomen, zulks teneinde
medewerking te kunnen verlenen aan een plan voor het verbouwen van het
begane grondgedeelte van dit pand, tot lunchroom/snackbarVoor deze
verbouwing hebben wij bij besluit van 25 mei 1982, nr. E 397/81
vergunning verleend, nadat Gedeputeerde Staten hadden verklaard tegen het
verlenen van vrijstelling van het geldende bestemmingsplan geen bezwaar
te hebben. Bedoeld voorbereidingsbesluit is inmiddels vervallen. In
verband met de behandeling door Gedeputeerde Staten van een bezwaar
schrift, dat een omwonende op giond van de Wet-Arob tegen de afgifte van
bedoelde verklaring van geen bezwaar heeft ingediend, is het nood
zakelijk dat opnieuw een voorbereidingsbesluit wordt genomen.